Wit, wit en wit. Muren en plafonds lijken in een verre mist te verdwijnen. Een grote witte ligbank nodigt uit om in weg te zakken. De Eiffeltoren glijdt voorbij op de muur in het Gemeentemuseum Den Haag. „We proberen kunst zo leuk mogelijk aan de man te brengen.”

”Wonderkamers” is het thema van een tentoonstelling in het Gemeentemuseum Den Haag, dat zo op een leuke manier kunst wil presenteren. Speciaal voor jonge mensen. Woordvoerster Marie-José Raven: „De tentoonstelling laat bezoekers zo veel mogelijk doen met hun zintuigen. Mensen moeten handen, oren en ogen gebruiken.”

Rood, paars en blauw licht schijnt in de entree op een druilerige donderdagmiddag. Door de ingang naar de hal is op een scherm een trappenhuis van het museum te zien. Een onzichtbare onbekende is de kunst beu. Schilderijen, een beeld, en een Rietveldstoel vliegen door het trappenhuis naar beneden. Enkele bezoekers kijken toe. Vrolijke klassieke muziek klinkt. Trommels roffelen. De complete collectie porselein valt naar beneden. Pling, als laatste vliegt een porseleinen schaal naar buiten.

Een sprong, een salto, een glijvlucht over een balk. Twee vingers spelen in het filmpje behendig met een potlood. Balkjes, stangen en een muurtje, de vingers laten het bruine potlood moeiteloos allerlei hindernissen passeren. Heftige rockmuziek uit de skate-scene klinkt op de achtergrond. Gelukkig is de tekst niet verstaanbaar. Raven: „We proberen kunst zo leuk mogelijk aan de man te brengen.”

Rood, roder en roodst. In een bloedrode kamer toont een tv een prachtige besneeuwde berg. Rode verf druipt langs de witte rotswanden naar beneden. Geen geluid verstoort de rust. Een uitgedroogde rivierbedding stroomt vol met het rode goedje.

Felle lichten beschijnen in de centrale hal een rare verzameling instrumenten. Een kunsthand houdt enkele snaren bijeen. Een bel staat te glimmen op een grote houten stellage waarin een vliegtuigpropeller hangt. Een beeldscherm laat zien dat twee mannen het apparaat bedienen.

Met de hal zijn dertien ”wonderkamers” verbonden. Op de betegelde muur in de porseleinkamer staat in Delfts blauw een strip. Daarin wordt uitgelegd hoe het serviesgoed uit China naar Nederland kwam. Helaas laat de stripheld een dure Chinese vaas vallen.

Onder een glasplaat staat een Chinese porseleinen schaal. „Hoe duur is dit kunstvoorwerp?” is te lezen op een beeldscherm. De bezoeker kan de waarde ervan raden. Eén miljoen euro blijkt te goedkoop, 1,3 miljoen zit in de buurt. Bij 1,5 miljoen euro rinkelt een belletje. „Je hebt de juiste waarde geschat.”

Zeven verroeste stukken schroot -vaag is nog te zien dat er ooit cola in moet hebben gezeten- hangen aan de muur. Na verschillende keren te laag te hebben ingezet, komt een bezoeker erachter dat de kunst 6000 euro waard is. Raven: „Deze kunst van Herman de Vries uit de jaren tachtig wordt steeds kostbaarder, omdat de vraag naar zulke kunst groter wordt.” Lachend: „Het is maar wat de gek ervoor geeft.”

De tentoonstelling ”Wonderkamers” in het Gemeentemuseum Den Haag is tot eind 2010 te zien van dinsdag tot zaterdag tussen 11.00 en 17.00 uur. Meer informatie: www.wonderkamers.nl. Toegang: jongeren tot en met 18 jaar gratis, studenten 5 euro en volwassenen 8 euro.