Het dodental van de aardbeving van zondagmiddag is opgelopen tot boven de 200. Dat zei minister van Binnenlandse Zaken Idris Naim Sahin in de nacht van zondag op maandag. De plaats Ercis is met zeker 117 doden het zwaarst getroffen. In de stad Van kwamen ongeveer 100 mensen om het leven. Bij de beving vielen bovendien meer dan duizend gewonden. Enkele uren eerder had premier Recep Tayyip Erdogan nog gesproken over 138 doden en 350 gewonden.
Het dodental zal waarschijnlijk nog verder oplopen. Enkele honderden mensen worden vermist en liggen mogelijk begraven onder het puin, dood of levend.
De aardbeving leidde ook tot een uitbraak uit een gevangenis in de buurt van de stad Van. Zeker 200 gevangenen klommen over de ingestorte muur van het complex, meldde het Turkse persbureau Anatolië. Ongeveer 50 gevluchte gedetineerden zouden later op de dag zijn teruggekeerd naar de gevangenis, nadat ze hadden gehoord dat hun familieleden in orde waren.
De beving had een kracht van 7,2 op de schaal van Richter en gebeurde om 12.41 uur (Nederlandse tijd) in een gebied 35 kilometer noordoostelijk van de stad Van, nabij de grens met buurland Iran. Daarna deden zich nog tientallen lichtere naschokken voor. Het epicentrum van de aardbeving lag op een diepte van 5 kilometer.
Tientallen landen en internationale organisaties hebben inmiddels hulp aangeboden. De Turkse autoriteiten proberen de problemen in de stad Van en omgeving in eerste instantie echter zelf op te lossen.
