Donderdagavond meldden de Italiaanse autoriteiten dat er zeker 134 migranten waren omgekomen. Ongeveer 150 van de naar schatting 500 migranten aan boord van de boot zijn uit de Middellandse Zee gered.
Nieuw vluchtelingendrama bij Lampedusa
De burgemeester van het eilandje, Giusi Nicolini, zei dat „de zee vol met lichamen is”. Nicolini noemde het voorval een „enorme tragedie”. Het is volgens haar een gruwel om te zien dat telkens boten aanleggen om doden aan land te brengen. Hulpverleners zijn zeer aangeslagen.
De boot met Eritreërs, onder wie vrouwen en kinderen, was vertrokken van de Libische kust. In de nacht van woensdag op donderdag raakte het vaartuig vlak bij Lampedusa in moeilijkheden. Nadat vergeefs om hulp was geroepen, zouden opvarenden hebben geprobeerd met een vuurtje de aandacht te trekken.
Vervolgens vloog het ongeveer 20 meter lange schip in brand en zonk. Aan het reddingswerk en het bergen van slachtoffers doen de kustwacht, politie, vissers en andere particulieren mee. Een vermoedelijke mensensmokkelaar zou zijn aangehouden.
Het gebeurt geregeld dat migranten sterven bij de oversteek naar Europa. Volgens Italiaanse cijfers zijn in 10 jaar tijd 6200 mensen omgekomen in de wateren tussen Noord-Afrika en Sicilië, waar ook Lampedusa ligt.
In 2011, het jaar van de opstanden in Noord-Afrika, waren het er zelfs 1800. Maandag nog verdronken 13 migranten bij Sicilië die naar de kust probeerden te zwemmen.
In Italië en Europa is geschokt gereageerd op het zoveelste drama. De ramp moet volgens vicepremier Angelino Alfano een noodsignaal zijn voor de rest van de Europese Unie. Volgens hem kan Italië de aanhoudende stroom van duizenden migranten nooit alleen bolwerken.
Paus Franciscus, die het eiland in juli nog bezocht, vindt de dood van de vluchtelingen „een schande”. Staatsecretaris Teeven noemde het drama donderdag tijdens een debat over Europese asielzaken „een verschrikkelijke gebeurtenis”.
Sinds de jaren 90 is Lampedusa een toevluchtsoord voor vluchtelingen die uit Afrika naar Europa willen oversteken. Onder de naam Poort naar Europa is daar een monument opgericht voor de vluchtelingen die de oversteek niet hebben overleefd.