Dat hebben de Libische oppositieactivist Mohammed Ali en een bewoner van Tripoli dinsdag gezegd.
In de nacht van maandag op dinsdag begaven milities zich voor zonsopgang in de wijk Fashloum, zei de inwoner van Tripoli, die anoniem wenste te blijven. Zij schoten met scherp op ieder 'bewegend mens', maar ook op ambulances, zodat gewonden niet naar het ziekenhuis konden worden gebracht en op straat doodbloedden.
De bewoner zei dat hij op een groepje militieleden stuitte toen hij de wijk probeerde ontvluchten. Onder hen waren buitenlandse strijders. „De Libiërs (onder hen, red.) waarschuwden me te vertrekken en toonden me de lichamen van de doden en zeiden: 'We hebben het bevel gekregen iedereen die zich hier begeeft neer te schieten»', zei hij. „Op straat liggen nu lichamen; diegenen die gewond zijn en bloeden kunnen niet door ambulances naar het ziekenhuis worden gebracht. Niemand mag er in en als er iemand (de wijk, red.) ingaat, wordt hij doodgeschoten.
Volgens een andere bewoner zijn de commando's in de stad aan de macht en nemen zij vanaf daken mensen onder vuur. „Het leven is lamgelegd, zelfs degenen die neergeschoten zijn, kunnen niet naar het ziekenhuis. Niemand kan zich op straat begeven.
Ali, die zich in Dubai bevindt, zei meldingen te hebben gekregen van bewoners die talloze lichamen op straat hebben zien liggen.
Jordaniërs die uit Libië zijn weggevlucht vertellen eveneens gruwelijke verhalen over een 'bloedbad' in Tripoli. Ze zeggen dat mensen werden neergeschoten en auto's en winkels in brand werden gestoken. Er zouden zwaarbewapende huurlingen op straat lopen, die volgens hen afkomstig zijn uit andere Afrikaanse landen.
tekst AP, beeld ANP