De organisatie zegt „schokkende getuigenissen” te hebben verzameld, waaruit onder meer blijkt dat kinderen het doelwit zijn geweest van aanslagen en hebben gezien hoe hun ouders, broers en zussen werden gedood. Zij zijn ook getuige en slachtoffer van martelingen.
Save the Children publiceert in het rapport de verhalen van achttien vluchtelingenkinderen. Een 15-jarige jongen vertelt dat hij samen met honderd andere kinderen „door enkele mannen” in de school van zijn dorp tien dagen lang werd vastgehouden. De kinderen waren vastgebonden met plastic touwen en moesten twee dagen lang rechtop staan. Mannen drukten later sigaretten uit op zijn hoofd.
Een andere jongen vertelt dat hij elektrische schokken kreeg toegediend en in een cel zat waar ook half vergane lichamen lagen. Een 16-jarige jongen was getuige van de dood van een zesjarige jongen in zijn cel. „Ik zag hem sterven. Hij leefde nog drie dagen en toen stierf hij gewoon”, aldus de jongen.
Woordvoerder Cat Carter van de stichting omschreef de misdaden als „werkelijk verschrikkelijk. Ik heb van kinderen gehoord van nog maar tien jaar oud die gemarteld werden. Ik heb gehoord van kinderen van nog maar acht jaar oud die mee moesten helpen om lichamen onder het puin vandaan te halen, met hun eigen handen.”
De organisatie dringt er bij de Verenigde Naties op aan meer waarnemers naar Syrië te sturen om het geweld tegen kinderen te documenteren, zodat de daders uiteindelijk kunnen worden gestraft. Het rapport verschijnt aan de vooravond van de jaarlijkse vergadering van de VN-Veiligheidsraad.