Baradar zou volgens de krant The New York Times zijn opgepakt in de havenstad Karachi tijdens een gezamenlijke operatie van de Amerikaanse inlichtingendienst CIA en zijn Pakistaanse tegenhanger, de ISI. Baradar is de nummer twee, na Talibanleider Mullah Omar, de oprichter en geestelijk voorman van de beweging, en was een nauwe bondgenoot van al-Qaeda-leider Osama bin Laden voor de aanslagen van 11 september.
Amerikaanse functionarissen spreken van de belangrijkste arrestatie van de Amerikanen sinds de verdrijving van de Taliban eind 2001. „De operatie was een enorm succes", zei een functionaris tegen het Amerikaanse ABC News. Het is „heel belangrijk", voegde hij eraan toe.
Een zegsman van de Taliban sprak tegen dat Baradar is gearresteerd. Hij zei tegen persbureau Reuters dat Baradar nog steeds in Afghanistan is en de militaire en politieke activiteiten van de beweging organiseert. „Hij is niet gepakt. Ze willen dit gerucht verspreiden om de aandacht af te leiden van hun verliezen in Marjah en het publiek in verwarring brengen", aldus zegsman Zabihullah Mujahid.
Baradar is in 1968 in Uruzgan geboren. Hij zou de militaire operaties van de Taliban leiden. Verder zou hij aan het hoofd staan van de leiderschapsraad, ook vaak de Quetta Shura genoemd omdat de leiders zich naar verluidt zouden schuilhouden rond Quetta, de hoofdstad van de Pakistaanse provincie Baluchistan.
Volgens de BBC is Baradar de man die de Taliban runt. Hij geeft het geld uit, benoemt nieuwe commandanten aan en zet de militaire strategie uit. Hij zou zijn manschappen vorig jaar hebben bevolen de internationale troepenmacht in Afghanistan (ISAF) met guerrillatactieken te bestrijden en verantwoordelijk zijn voor de massale inzet van bermbommen.
Baradar wordt door Pakistanen verhoord. Amerikanen zijn erbij aanwezig, aldus The New York Times. Het is nog onduidelijk of hij meewerkt. Zijn verhoorders hopen dat hij meer over de verblijfplaats van de voortvluchtige Mullah Omar en andere Talibanleiders kan vertellen.
De deelname van de ISI aan de arrestatie van de nummer twee van de Taliban wijst mogelijk op een betere medewerking van de Pakistaanse leiders in de strijd tegen de Taliban. De Taliban kregen jarenlang steun van de ISI. Sinds 2001 steunt Pakistan de Amerikaanse strijd tegen terreur, maar in de praktijk werd weinig ondernomen uit angst voor een tegenreactie van de eigen bevolking.
De arrestatie komt op het moment dat de internationale troepenmacht ISAF in en rond Marjah in Zuid-Afghanistan een groot offensief uitvoert tegen de Taliban. De aanval van de 15.000 Amerikaanse, Britse en Afghaanse militairen wordt vertraagd door het grote aantal bermbommen en verzet van Talibanstrijders. „We komen slechts langzaam vooruit", zei chef-staf van het Afghaanse leger, Besmillah Khan, dinsdag.
tekst en beeld ANP