De controversiële groep Verspreide Defensie die het vuurwapen heeft gemaakt, is van plan de blauwdrukken ervan op internet beschikbaar te stellen. De groep is een jaar bezig geweest met het maken van het wapen, dat zaterdag is getest op een schietbaan ten zuiden van de stad Austin.
Het wapen, dat de naam De Bevrijder heeft gekregen, bestaat bijna in zijn geheel uit plastic. 15 van de 16 componenten van De Bevrijder zijn afkomstig uit een tweedehands 3D-printer, die de groep voor 8000 dollar (ruim 6000 euro) kocht op veilingsite eBay. Alleen de slagpin is van metaal.
Volgens het hoofd van Verspreide Defensie, de 25-jarige student rechten Cody Wilson aan de Universiteit van Texas, draait het zelf printen van vuurwapens om vrijheid. „Politici bepalen niet langer wie wel een wapen mag hebben en wie niet.” Maar om het wapen te mogen verkopen, had Wilson wel een vergunning nodig van het Amerikaanse Bureau van Alcohol, Tabak, Vuurwapens en Explosieven (ATF).
Antiwapenactivisten bekritiseren het project. „Deze wapens kunnen in handen vallen van bijvoorbeeld criminelen, mentaal zieken en kinderen”, zei een bezorgde Leah Gunn Barrett van New Yorkers Tegen Wapen Geweld. De Europese politieorganisatie Europol liet weten de ontwikkelingen nauwgezet te volgen. Volgens Victoria Baines van de afdeling cybermisdaad bij Europol bewandelen criminelen nu nog vooral de traditionele routes om wapens te bemachtigen.
Als de printers in de toekomst steeds goedkoper worden, kopen consumenten producten mogelijk niet langer in de winkel, maar downloaden ze ontwerpen en printen ze de producten vervolgens zelf uit met de 3D-printer. „Ik zie een wereld voor me, waarin het technisch mogelijk is om bijna alles te hebben wat je maar wilt”, meent Wilson.