Onder meer restaurants en stadions zouden geen bekers mogen verkopen van meer dan een halve liter suikerrijke frisdrank. De maatregel was bedoeld om de New Yorkers gezonder te maken. De frisdrankindustrie vocht het verbod echter aan.

Een lagere rechtbank zorgde er vorig jaar al voor dat de maatregel niet in kon gaan. Ook in hoger beroep vond de rechter dat de gezondheidsraad van New York niet de autoriteit had om het verbod op te leggen, zonder dat de gemeenteraad van New York had ingestemd.

Het verbod zou bovendien arbitrair zijn omdat niet alle gelegenheden onder het verbod vielen. De maatregel gold ook niet voor andere dranken met veel suiker en calorieën.