In landen waar kindhuwelijken voorkomen, is meisjesbesnijdenis vaak ook een gewoonte. Meer dan 125 miljoen vrouwen zijn op die manierverminkt. De verwachting is dat de komende jaren nog een nog eens 30 miljoen meisjes het risico lopen om besneden te worden.
Aan beide praktijken moeten binnen een generatie een einde komen. Dat doel staat centraal dinsdag op de Girl Summit in Londen georganiseerd door de Britse regering en Unicef, het kinderfonds van de VN. Het is voor het eerst dat er een top wordt gehouden over deze onderwerpen.
Het zijn vooral arme plattelandsmeisjes met weinig scholing die kans lopen jong in het huwelijksbootje te moeten stappen. Eenmaal getrouwd krijgen ze vaak te maken met huiselijk geweld. Ook raken ze snel zwanger. Dat is niet ongevaarlijk: zo’n 70.000 meisjes onder de 19 sterven elk jaar tijdens de zwangerschap of de bevalling.
Soms kunnen nieuwe omstandigheden leiden tot kindhuwelijken. Vorige week meldde Unicef dat het aantal kindhuwelijken onder Syrische vluchtelingen in Jordanië meer dan verdubbeld is sinds het begin van het conflict. Bij een derde van het aantal huwelijken tussen Syrische vluchtelingen in het eerste kwartaal van dit jaar ging het om bruiden van jonger dan 18.
Doordat meisjes door de oorlog geen school meer volgen, trouwen ze veel vaker dan voorheen jong. Maar ook angst voor verkrachting in het kamp doet ouders besluiten hun kinderen jong uit te huwen. Ook de armoede in vluchtelingenkampen leidt ertoe dat meisjes jong trouwen.
In Syrië is het niet gewoon om heel jong te trouwen. De sociale regels zijn veranderd door de burgeroorlog, zegt de 23-jarige Abdullah in de Britse krant The Guardian. Hijzelf is in een kamp getrouwd met de 13-jarige Maha. „Als we in Syrië waren geweest was dit niet gebeurd. Ze is met 13 te jong. Niemand in Syrië huwelijkt zijn dochter uit op deze leeftijd.”
Het is trouwens niet alleen kommer en kwel. De afgelopen jaren is in veel landen wetgeving gekomen die vrouwenbesnijdenis verbiedt. Ook in Afrikaanse landen waar het veel voorkomt zoals Egypte en Ghana.
Op de GirlSummit komen voor het eerst ook landen waar beide praktijken veel voorkomen. Zo zijn onder meer Bangladesh, Ethiopië, Jemen, India en Somalië aanwezig. Voor ons land is minister Lilianne Ploumen (Ontwikkelingssamenwerking) aanwezig.
