De prins is nu nog commandeur bij de marine en heeft bij de andere krijgsmachtonderdelen de rang van opperofficier. In de grondwet staat dat een militair in actieve dienst geen deel uit kan maken van de regering, omdat militairen de regering dienen.
De prins krijgt op 30 april, na bijna 28 jaar, eervol ontslag. Hij mag bij ceremonies wel zijn uniform blijven dragen, zonder rangonderscheidingstekens. Dat is een historische keuze. Ook koning Willem I koos ervoor zijn rangonderscheidingstekens niet te dragen, terwijl hij dat op basis van zijn militaire ervaring wel had kunnen verantwoorden.
Op het uniform van de prins worden de epauletten die de rang aangeven vervangen door een speciaal ontworpen teken, het Koninklijk Distinctief. Het wapenbeeld bestaat uit de Rijksappel, het Rijkszwaard en de Scepter, symbolen van de Koninklijke macht.
Prins Willem-Alexander zegt dat hij trots is op defensie en dat hij graag gebruik wil maken van het recht af en toe in uniform te lopen „om onze sterke band te onderstrepen. Als koning zal ik mijn waardering voor Defensie onverminderd blijven tonen.”