Wieger won vorige week de Zilveren Troffel tijdens de 62e Nederlands Kampioenschap Metselen.

Was het een spannende finale?

„Zeker, de deelnemers deden niet voor elkaar onder. En het werd helemaal spannend toen bij de bekendmaking van de winnaars werd afgeteld en alleen de eerste drie nog niet genoemd waren. Vergeleken met de finale was de eerste voorronde een makkie.”

Een makkie?

„Toen zag ik dat ik met afstand de beste was. Het gaat bij het metselen om netheid, om een strak, glad muurtje met de voegen mooi recht boven elkaar. De opdracht in de finale was lastiger, iets wat ik nog nooit had gedaan. Het was een uitdaging om de hoeken in het muurtje doorlopend te maken.”

Metselen ligt je blijkbaar nogal?

„Ik heb er schik in. Mijn oudere broer Thomas is ook metselaar en ik ging geregeld met hem mee. Metselaar zijn sprak me wel aan. Je bent buiten bezig en je maakt iets blijvends.”

Het metselen zit in de genen?

„Mijn opa had een bouwbedrijf en mijn vader is bouwvakker. Die heeft vroeger ook meegedaan aan metselwedstrijden. Hij kwam tot een vierde plaats in de regionale voorronde. Thomas pakte zeven jaar geleden in de landelijke finale de vierde plek. Het voelt als een overwinning dat ik ze allebei heb overtroffen.”

Wat is er zo mooi aan metselaar zijn?

„Opmetselen vind ik prachtig. Je bouwt een muurtje op en aan het einde van de dag kun je zien dat je wat hebt gedaan.”

Binnenkort ben je metselaar van beroep?

„De theorie-examens heb ik er op zitten, volgende week volgen de praktijkexamens en dan kan ik aan het werk. School heb ik wel gezien. Het echte metselen, vooral de snelheid en de handigheid, moet je toch in de praktijk leren. Een baas heb ik al gevonden.”

Was het moeilijk om werk te krijgen?

„Nee, ik wilde informeren bij een aannemer in Lunteren, toen ik hoorde dat een bouwbedrijf in Harskamp iemand zocht. Het is een klein bedrijf, de baas werkt mee. Dat betekent afwisselend werk op kleine projecten. De ene keer bouw je mee aan een schuurtje, de andere keer een huis. En het gaat niet alleen om metselen, maar ook om timmeren.”

Geen huiswerk meer, dus wat meer tijd voor je hobby’s?

„’s Avonds en ’s zaterdags help ik vaak mijn zwager. Die is een huis aan het bouwen.”

----

Wiegers muurtje blijft staan

In Dalfsen in Overijssel is Wiegers finalewerkstuk te bewonderen. De Barneveldse winnaar van de Zilveren Troffel en de andere elf finalisten metselden in totaal 24 zogeheten plus-vormen. In combinatie met stalen ‘fietsnietjes’ doen de muurtjes de komende jaren op het voorplein van een nieuw multifunctioneel centrum dienst als fietsenstandaards.

Het Nationaal Kampioenschap Metselen werd dit jaar voor de 62e keer gehouden. De wedstrijden worden uitgeschreven door de vereniging Koninklijke Nederlandse Bouwkeramiek (KNB), de organisatie van de baksteenindustrie. Elk jaar blijven de finaleobjecten na afloop staan als aandenken.

Met het kampioenschap wil de KNB het metselvak promoten en bevorderen dat leerlingen instromen naar de bouwopleidingen. „Vakmanschap is belangrijk”, aldus de organisatie. „Nu opleiden betekent dat er straks voldoende mensen zijn die het vak van metselaar beheersen of willen beheersen.”