Tieske Konings (22) uit Nijmegen is voor het tweede jaar lifeguard op Schiermonnikoog. De student fysiotherapie houdt met haar team de veiligheid op het strand in de gaten, werk dat onderdeel is van de Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij (KNRM).
Op deze warme dagen is het extra oppassen, aldus Tieske. „Normaal gesproken zijn er mensen op het strand die al langer dan een paar dagen op het eiland zijn. De meesten spreken vooraf eerst wat regels af met de kinderen. Met deze warmte komen er ook veel dagjesmensen, die hun kinderen zomaar het water in laten rennen.”
Oppassen dus voor Tieske en haar team. Ze blijven van 10.00 tot 18.00 uur letterlijk en figuurlijk op hun post. Met een verrekijker houden de lifeguards zwemmers in de gaten en lopen ze wacht langs de kustlijn. „Wij zijn het enige aanspreekpunt op het hele strand en krijgen allerlei vragen. EHBO-gevallen, vragen over stroming in het water; we moeten overal van af weten.”
Ook als het misgaat, zoals vorig jaar. Tieske vertelt: „Een oude man kwam in de problemen. We hebben hem uit het water gehaald en gereanimeerd. Er kwam een traumahelikopter aan te pas, maar het mocht helaas niet meer baten. Hij is overleden.”
Dan heb je het niet meer over een leuke vakantiebaan.
„Het was inderdaad heel heftig. Maar tegelijk weet je weer waarvoor je er bent. We zijn hier niet voor de lol en hebben een grote verantwoordelijkheid. Dat maakt deze baan heel bijzonder, naast het feit dat ik graag in de buitenlucht ben, zwemmen een grote hobby van me is en ik het fijn vind om contact te leggen met mensen.”
Wat maakt je tot een goede lifeguard?
„Je moet goed kunnen zwemmen, dat is wel de eerste vereiste. Ook mensenkennis is belangrijk, want iedereen reageert weer anders. Daarnaast zul je het nodige van de zee moeten afweten en goed moeten kunnen samenwerken. We hebben hier op Schiermonnikoog een goed team, maar dat heb je ook echt nodig als het erop aankomt.”
Het is toch niet altijd spannend, of wel?
Lachend: „Nee, gelukkig niet. We maken ook leuke dingen mee, zoals een zeehondje dat we vonden, hebben verzorgd en weer teruggezet. Fantastisch is dat. O ja, eind vorige week vonden we een dolfijn op het strand. Inderdaad, een dolfijn. We hebben direct het Dolfinarium gebeld, maar voor ze er waren, was het dier dood. Waarschijnlijk was het al ziek en is het daarom uit de koers geraakt.”
Bij de post van de lifeguards staat een groot bord op het strand, waarop badgasten kunnen lezen dat zich insmeren met zonnebrandcrème en veel drinken een must zijn met deze hitte. „Dat is ook onze taak: voorlichting geven. Soms waarschuw ik iemand als hij flink ligt te verbranden. We hebben altijd voldoende crème op de post liggen.”
Regelmatig wordt er ’s avonds getraind of een oefening gehouden. Trainen op de waterscooter is voor Tieske echter geen straf. „Dat is wel gaaf, ja”, zegt ze lachend. „Maar we hebben hem echt niet voor niets. We proberen mensen in problemen eerst zwemmend te bereiken, maar als ze te ver uit de kust zijn, pakken we de scooter.”
Tieske doet dit werk niet direct voor het geld. „De lifeguards zijn onderdeel van de KNRM, die het moeten hebben van donaties. Daarom krijgen we het minimumloon, hetzelfde als een vakkenvuller dus. Maar dit is wel tien keer leuker. Ook al zou ik er niets voor krijgen, dan nog zou ik lifeguard willen zijn.”