Weet je nog? Puntuit schreef begin januari een prijsvraag uit over 200 jaar Koninklijke Landmacht. Stefan (17) uit Benthuizen is de gelukkige winnaar. Als beloning maakte hij vorige week een tandemsprong vanaf de Vliegbasis Gilze-Rijen. Samen met para-instructeur Jeroen (39).
Stefan heeft er zin in. Z’n vriendin, tweelingbroer en vader zijn mee als supporters. Stefan heeft zich grondig voorbereid. „Ik heb op YouTube tandemsprongen zitten kijken. Vet gaaf”, vindt de eerstejaarsstudent business it en management aan De Haagse Hogeschool.
Stefan oogt ietwat gespannen. Z’n handen trillen. Oké, heel iets maar, maar toch. Het is ook niet niks. De Benthuizer boy heeft nog nooit gevlogen én nog nooit parachute gesprongen. „Joh, ik zie wel. ’k Ben blij dat ik niet alleen hoef, dan kwam het vast niet goed.”
In een vliegtuighangar bereiden mannen in zwarte pakken zich voor. Vechtjassen. Breedgeschouderd. Mariniers, commando’s. Stefan hijst zich in een groen camouflagepak.
De sergeant-majoor legt eerst de techniek uit. „Je moet straks als een banaan in de lucht hangen. Benen naar achter, armen vooruit. Een beetje gekromd.” De instructeur van de Para School Defensie weet met 3500 sprongen waar hij het over heeft. „Parachutespringen is veiliger dan autorijden.”
Jeroen pakt een dikke, zwarte rugzak. „Voel maar, 25 kilo.” In de rugzak zitten twee parachutes: een hoofdvalscherm en een reservevalscherm. „Deze set kost zo’n 30.000 euro.”
Boven op de rugzak zit een Cypres, wijst de instructeur. „Als ik onverwacht bewusteloos raak, gooit dit apparaatje de parachute er op een hoogte van 1 kilometer met een beetje springstof automatisch uit.” Veiligheid boven alles.
Parachutespringen is niet niks. „We springen op een hoogte van 9500 voet, zo’n 3,3 kilometer, met een snelheid van meer dan 300 kilometer per uur.” Eerst volgt een vrije val. Pakweg 33, 34 seconden lang stort Stefan straks de diepte in.
„Vervolgens trekken we onze drogue uit. Dit parachuutje remt de snelheid in zes seconden af naar zo’n 220 kilometer per uur. Dan opent de parachute zich en gaan we vliegen. Duidelijk?” Stefan slikt een keer. Zeker, alles duidelijk.
Op het platform draait een witte, vierkante propellerkist zich warm. „Dit is onze uiensnijder”, wijst instructeur Erik. „Hij is mooi door z’n lelijkheid.” De Skyvan kan gemakkelijk een Landrover vervoeren. Of een handvol parachutisten.
Stefan stapt via de achterklep aan boord. De Skyvan zet zich in beweging, taxiet naar de startbaan en kiest even later het luchtruim. De hoogtemeter in de cockpit klimt snel: 1500 voet, 4500 voet, 8500 voet...
Het uur U nadert. Het toestel koerst naar de ”dropzone” bij Dorst. Jeroen en Stefan maken zich klaar. „Nog twee minuten”, zegt Jeroen. Hij stelt de springer in spe gerust. De hoogtemeter geeft nu 9400 voet aan. De achterklep draait open. „Nog één minuut.” Het Brabantse land gaapt in de diepte, dik 3 kilometer lager. „Nog dertig seconden.”
Jeroen en Stefan zetten zich schrap. Op de klep draaien ze zich om. „Ga maar hangen. Ready...?! Set... Gó!” Het duo laat zich achterwaarts in de diepte vallen. Doééííí!
Een vrije val volgt: 30, 31, 32 seconden... Dan ontvouwt de parachute zich. Precies volgens plan. Even later zweeft Stefan onder een grijze parachute van 37 vierkante meter boven Brabantse bodem. Een lappendeken. Wauw, dit is kicken!
Minutenlang vliegt het duo over weilanden en wegen, boerderijen en bebouwing. In de verte ligt Breda. Dan komt de landing alweer in zicht. Nog één bochtje naar links, lager, lager... benen strekken... een vlekkeloze landing in het gras volgt.
„Gaaf, man”, roept Stefan. „Zóóó supergaaf. Vooral die vrije val. Veel te kort.” De instructeur is tevreden. „Hij heeft het keigoed gedaan. Compliment.”
Vriendin Rianne staat ’m op te wachten. „Knap gedaan, hoor.” Stefan kijkt een tikje schuldig. „Ik heb niet naar je gezwaaid.”