Eveline is een Amerikafreak, zegt ze zelf. „Ik lees veel boeken over dat land. Het lijkt me erg mooi, ook al ben ik er nog nooit geweest.”

In haar speurtocht naar alles wat met Amerika te maken heeft, komt de Driestarleerlinge ook veel verhalen tegen over de dubieuze rol die Amerika speelde in de Vietnamoorlog in de jaren 50 en 60 van de vorige eeuw. Als ze van school de opdracht krijgt een profielwerkstuk te maken, besluit Eveline voor de Vietnamoorlog te kiezen. „Ik wilde weten hoe het zat met die oorlog.”

Hoe verder het werkstuk vordert, hoe meer Eveline te weten komt over de oorlog, die zo’n 2,5 miljoen Vietnamezen en ruim 58.000 Amerikanen het leven kostte. Toch mist de havo-5-leerlinge nog wat. Iets origineels, iets onderscheidends. Ze stuurt een mail naar een organisatie voor Vietnamveteranen in Amerika. Of ze meer informatie kan krijgen? Kort daarna krijgt ze antwoord. Niet van de organisatie, maar van zeven veteranen. Ze willen haar stuk voor stuk graag helpen met haar werkstuk. „Dat had ik echt nooit verwacht.”

Een voorzichtige mailwisseling begint tussen de veteranen en Eveline, die goed Engels kent. „Ik kon hun alles vragen, maar durfde dat niet goed.”

Pas na wat heen en weer mailen, komt Eveline los. „Ik vroeg hun bijvoorbeeld of ze een posttraumatisch stresssyndroom hebben gehad en ontdekte dat er nog steeds veel leed bij hen zit. Dat ze nog steeds ’s nachts wakker worden met het gevoel dat ze achtervolgd worden. De oorlog heeft een grote invloed op hen gehad. En ze hebben daar eigenlijk nooit iets over kunnen vertellen, omdat veel Amerikanen het een laffe oorlog vonden en de soldaten die eraan meededen bespotten.”

De oorlog speelde zich voornamelijk in de oerwouden van Vietnam af, tegenover ongrijpbare tegenstanders, die overdag gewoon boeren waren maar ’s nachts veranderden in guerrillastrijders. „Ze zeiden dat ze dingen hebben gezien die ze als 20-jarigen niet hoorden te zien. Hun verhalen waren mooi om te lezen, maar ook indrukwekkend. Ik denk er nog iedere dag aan.”

Eveline krijgt langzaam maar zeker een band met de veteranen. Zo heeft ze, ook nu haar profielwerkstuk al lang en breed ingeleverd is, nog elke dag mailcontact met de mannen. „Dan praten we over school, over het geloof, over de dingen die we doen.”

Hoe lang ze contact blijft houden, weet Eveline nog niet. „Sommigen hebben me uitgenodigd om naar Amerika te komen. Van een ander heb ik pas een pakketje gekregen met allemaal dingen uit zijn staat, zoals lokale lekkernijen en onderzetters. Ook stuurden we elkaar vorig jaar kerstkaarten.”

Waarom de mannen zich zo inzetten voor dit contact? „Ze vinden het bijzonder dat iemand uit Nederland geïnteresseerd is in hun verhaal. Daar zijn ze blij mee.”

De uitnodiging van de mannen om naar Amerika te komen, wil ze absoluut een keer aannemen. Maar voorlopig nog niet, denkt ze. „Ik zou het cool vinden om ooit in Amerika te gaan studeren. Maar na de havo ga ik eerst de studie amerikanistiek doen.”

Haar profielwerkstuk is in elk geval een groot succes geworden. Niet alleen voor haarzelf, ook op school. „Ik heb een 8,5”, zegt ze, niet zonder trots. „En ik heb op het Driestar College een prijs gewonnen voor het beste profielwerkstuk van havo 5. Dankzij de veteranen.”