Op de locaties in Kunduz waar de lessen worden gegeven, is het speelgoed op tafels neergezet in situaties die een beeld geven van het echte werk.
Dat gebeurt vanuit de in militaire kring veelgehoorde spreuk ’praatje, plaatje, daadje’, vertelt majoor Frank van Veldhuizen, commandant van de trainingsteams, in het gebouw waarin maandag de aanvullende lessen gaan beginnen. Na een algemene uitleg krijgen de meestal beperkt geletterde agenten via het speelgoed een driedimensionaal beeld voorgeschoteld, waarna ze buiten een en ander in praktijk kunnen brengen.
Zo leren ze hoe ze mensen moeten fouilleren, hoe ze een huis dienen te doorzoeken en hoe ze controleposten kunnen opzetten. In een ander lokaal ligt er op elke tafel een pen en een nog onbeschreven schriftje; de lessen kunnen beginnen. Eigenlijk zouden die eind vorige week al van start gaan. Maar door de moord op de Afghaanse oud-president Burhanuddin Rabbani en de dagen van rouw die daarop volgden, werd het uitgesteld.
Op het terrein van het oude kamp van het Afghaanse leger, op een plateau niet ver van het Nederlandse kamp, worden de vervolglessen gegeven aan agenten die al een basistraining achter de rug hebben. Ze komen in elk geval 10 weken, verspreid over 5 maanden, naar die cursus toe. Ook gaan de Nederlanders vanaf maandag 12 Afghaanse vrouwen opleiden.
Na maanden van voorbereidingen en wat vertraging door logistieke opstartproblemen krijgt de politietrainingsmissie steeds meer vorm. De praktijktrainingen in Kunduz-Stad zijn al een tijdje bezig. Daar komen nu de vervolglessen op de relatief veilige locatie op het plateau bij.
Zaterdag gaan de Nederlanders bovendien beginnen met het geven van de acht weken durende basistraining aan Afghanen die al als agent actief zijn in Kunduz, maar hiervoor nooit zijn opgeleid. Ze krijgen de opleiding op een Duits trainingscentrum. Uiteindelijk is het de bedoeling dat de Afghanen in 2014 zelf verantwoordelijk worden voor het politieapparaat.
Maar voor het zover is, moet er nog veel gebeuren. Voortdurende herhaling is daarbij een belangrijk middel, benadrukt commandant Van Veldhuizen. Hij legt uit dat agenten basisbeginselen moeten leren zoals kaartlezen, roosters maken en een EHBO-post opzetten. En ook hoe ze moeten omgaan met bermbommen.
Vanwege zulke risico’s en de relatieve onbekendheid in de stad verplaatsen de Nederlandse militairen zich tot nu toe met Bushmasters (gepantserde patrouillevoertuigen) als ze op pad gaan. Maar ze hebben ook andere typen voertuigen meegenomen, die mogelijk later worden ingezet als de situatie veilig genoeg wordt geacht.