D66 diende de motie van wantrouwen in mede namens de andere oppositiepartijen SP, PVV, CDA, GroenLinks, Partij voor de Dieren, 50Plus en het lid Bontes. Deze partijen hebben samen 63 van de in totaal 150 zetels in de Tweede Kamer.

Plasterk behoudt de steun van de regeringspartijen VVD en PvdA en van de oppositiepartijen ChristenUnie en SGP.

De meeste partijen namen na een urenlang debat genoegen met de excuses van Plasterk voor zijn speculaties in de media over het aftappen van telefoongegevens en zijn belofte om nooit meer te speculeren over dit soort zaken. Ook garandeerde de minister dat hij voortaan eventuele foutieve informatie die hij aan de Kamer verstrekt, altijd zal corrigeren.

Het grootste pijnpunt in het debat was echter het besluit van Plasterk en Hennis vorig jaar november om de Kamer niet te informeren toen ze erachter kwamen dat Plasterk het verkeerde verhaal had verteld over het verzamelen van 1,8 miljoen telefoongegevens. Aanvankelijk had hij gezegd dat de Amerikanen die data hadden onderschept, maar later bleek dat de Nederlandse geheime diensten hiervoor verantwoordelijk waren. Plasterk en Hennis hebben de Kamer daarover niet geïnformeerd toen bleek hoe het echt zat, omdat ze zich wilden houden aan de regel om niets te zeggen over de werkwijze van de geheime diensten.

Plasterk kondigde aan het einde van het debat aan zijn uiterste best te doen om ook bij de ondertekenaars van de motie van wantrouwen het vertrouwen te herwinnen.