Karim Fourkour (19) en Fouad Bendella (23) werden in mei 2006 betrapt bij het leeghalen van een hennepplantage en ter plekke doodgeschoten. De verdachten hebben de lijken laten verdwijnen, beweert het Openbaar Ministerie (OM). Voor die moorden werden vorige maand de 52-jarige Lau G. en de 39-jarige Geert G. voor de derde keer opgepakt. Het bos waarin de lichamen werden gevonden, ligt achter het vroegere huis van Lau G.
Toen G. in een Duitse cel zat, zou hij aan een medegevangene hebben verteld hoe hij de twee mannen had vermoord. Op basis van die uitgebreide en gedetailleerde verklaring werden hij en Geert G. aangehouden. Onduidelijk is of de verklaring voor de politie ook de reden is geweest om maandag en dinsdag te gaan graven in het bos.
De lichamen waren in plastic gewikkeld en vrij diep begraven. Ze zijn naar het ziekenhuis in Maastricht gebracht, omdat daar onderzocht kan worden hoe de mannen precies zijn gestorven. Daarna zal in ieder geval het lichaam van Fourkour worden begraven in Marokko, zo liet zijn zus Fatia woensdag weten.
Zij complimenteerde de politie met het speurwerk en de ondersteuning tijdens de afgelopen acht jaar. „We zijn dankbaar dat ze zijn gevonden. Het is een zware tijd. Maar het voelt wel goed.” De nabestaanden van Bendella rouwen in stilte. Burgemeester Hans Gilissen van Venray sprak met beide families. „Acht jaar was het leven voor de families een kwelling. Dat gevoel maakt plaats voor een verdrietige zekerheid.” Komende vrijdag worden beide mannen herdacht tijdens het vrijdaggebed in de Venrayse moskee.
De beide gevangenen werden woensdag in hun cel geconfronteerd met de vondst. Ze reageerden nauwelijks op het nieuws. Lau G. is overigens al twee keer eerder veroordeeld voor geweld. Hij was ook beoogd president van het eerste chapter van motorclub No Surrender in Limburg.
Op 16 juni gaat de rechtszaak tegen de twee verdachten verder.
