-
Ds. J.N. Zuijderduijn:
Beste meiden, bedankt voor jullie reactie op de preek. Jullie stellen een belangrijke vraag. Het is inderdaad zo dat wij door de zonde op onszelf gericht zijn. Eigenliefde, de eros. God leert ons door het geloof in de Heere Jezus om liefde te geven, de agapè. Hoe moet je dat doen, vragen jullie. Dat wordt heel mooi in het heilig avondmaal uitgebeeld en verwoord in het formulier: Ik voor u/jou daar u/jij anders de eeuwige dood zou sterven. Ik vóór jou; dat is niet alleen in jou plaats, maar ook om Hem te volgen. Hoe kun jij de ontvangen liefde van God doorgeven aan je naaste? Door achter de Heere Jezus aan te gaan. Hem volgen is Hem gehoorzamen in woord en daad. Dan ben je net als een reflector. Van jezelf zonder licht. Maar zodra God door de Heilige Geest je verlicht, ga je Zijn licht reflecteren naar je naaste.
-
Annelies en Janique:
De dominee preekte pas tijdens over liefde tot je naaste en tot God. De tekst als basis van de preek was 1 Thessalonicensen 4:9. Hierin wordt gezegd dat God ons die liefde zelf heeft onderwezen.
De dominee legde dit zo uit: Uit onszelf hebben wij alleen liefde voor onszelf. God geeft ons liefde en verlangt ook liefde van ons terug. We moeten het zo zien: God geeft liefde en wij moeten deze liefde ‘doorgeven’ aan onze naasten. In het avondmaalsformulier staat dat je door het avondmaal verzekerd wordt van Gods hartelijke liefde. Het avondmaal is het betrouwbare teken en onderpand dat ons herinnert aan Gods liefde en trouw voor ons. Het geeft ons zekerheid. We vinden dat dit heel mooi wordt beschreven in het formulier, want door aan te gaan neem je ook Gods liefde aan! Maar hoe kun je deze liefde, die wij van God ontvangen, doorgeven aan je naaste?