De familie Koster uit Rhenen heeft in juni een oude wijnboerderij gekocht bij Tournus, een dorpje aan de Autoroute du Soleil tussen Dijon en Lyon. Louis' ouders beginnen er een bed & breakfast en een opvanghuis voor jongeren met psychische problemen. Louis: „M'n vader en moeder blijven er voor altijd. Voor mezelf twijfel ik nog een beetje."
In de zomervakantie helpt Louis zijn ouders met het verbouwen van de wijnboerderij uit 1850. Daarna moet hij nog vier weken naar Nederland, om op de Fruytier in Apeldoorn de eerste lessen van de brugklas te volgen. „Mijn moeder gaat ondertussen een cursus Frans doen."
Na de introductie op de Fruytier moet Louis zich zonder docenten zien te redden. „Ik neem alle boeken van het schooljaar mee naar Frankrijk. Dagelijks stuurt de school me een mailtje met het programma van de dag. Ik moet minimaal zes uur per dag werken. Ik mag zelf bepalen wanneer ik vakantie neem, ik kan ook in één keer doorwerken als ik wil."
Louis wordt niet helemaal aan zijn lot overgelaten. „Mijn moeder wordt mijn mentor. Zij was vroeger lerares. Ik denk zelf wel dat het gaat lukken."
Elk jaar komt Louis in de zomervakantie een paar weken naar Nederland, om zijn familie te bezoeken en nieuwe schoolboeken op te halen. „Mijn familie en vrienden ga ik het meest missen. Mijn broers, die in Nederland blijven, zijn gelukkig allemaal in de vakantie jarig."
De omgeving van Rhenen zal Louis missen. „Maar in Frankrijk wonen we ook mooi. Achter ons huis is een oude steengroeve en er is vlakbij een ruïne. Bij helder weer kun je de Mont Blanc zien."
Louis heeft de verhuizing naar Frankrijk goed voorbereid. „Ik heb op internet uitgezocht wat je daar allemaal kunt. Het is een mooi land met veel ruimte. Je mag er meer dan hier: op je veertiende mag je er al brommer rijden."
De Franse taal verwacht Louis snel te leren. „Ik pik het nu van iedereen al een klein beetje op. Daar is alles in het Frans en niets meer in het Nederlands. Dan leer ik het vanzelf. Ze zeggen dat kinderen het sneller leren dan volwassenen.
Na vijf jaar afstandsonderwijs kan ik wel Frans. Daarna ga ik –als ik hier blijf– naar een hogeschool in Frankrijk."
tekst Martijn den Hollander, beeld familie Koster