„Een kennis die iets begreep van in welke nood ik zat, verwees me door naar de vrouw van een zendeling. Meteen heb ik haar opgebeld om een afspraak te
maken. Toen ik bij haar was, vroeg ze me: „Ben je soms wel eens bij een waarzegger geweest?" Ik steigerde. Ik? Een christenvrouw? Ik noemde al mijn goede werken op die ik voor de kerk had gedaan.
Opnieuw vroeg ze me of ik wel eens bij een waarzegger was geweest. Ik zei: „Hoe komt u erbij? Ik ga naar de kerk, dan bezoek je toch geen waarzegger." Maar plotseling was het of ik een van de genezers voor me zag en ik wist: ik ben er geweest.
De vrouw van de zendeling pakte een Bijbel en las Deuteronomium 18. Daar staat: „Al wie zulks doet, is de Heere een gruwel.""
Vergeving
„Er opende zich een afgrond voor me. Ik dacht altijd dat ik zo vroom was. En nu hoorde ik dat ik een gruwel was voor de Heere. Ik wist maar één ding: ik ga naar de eeuwige ondergang.
Toen wees ze me, net als Johannes de Doper ooit, op het Lam van God Dat de zonden der wereld wegneemt. Die morgen heb ik mijn zonden beleden: het luisteren naar New Agemuziek, het lezen van horoscopen en occulte boeken. Een voor een heb ik de genezers genoemd die ik had bezocht.
Op weg naar huis kwamen teksten uit de Bijbel in mijn gedachten. Ik kon wel zingen. De angsten waren weg. Het was alsof er iets heel zwaars uit me was getild.
Thuisgekomen heb ik aan mijn man en kinderen vergeving gevraagd. Gelukkig zeiden ze niet: „Wat een onzin mam."
In het begin liep ik als een
hazewindhond door het huis, speurend naar occulte dingen zoals boeken, afgodsbeeldjes, een heks op een bezemsteel, een koperen kruis met een doodskop, enzovoorts.
Ik heb alle genezers opgebeld om te vragen of ze mijn klantenkaartje wilden vernietigen. Toen ik vertelde waarom ik dat vroeg, waren de reacties heftig. Sommigen werden kwaad, zeiden dat ze nog nooit zoiets raars hadden gehoord en dat ik er spijt van zou krijgen. Een stuurde een heel boze brief."
Verzameling
„De dag nadat ik bij de vrouw van de zendeling was geweest, kreeg mijn man een ernstig auto-ongeluk. Een paar dagen later kreeg onze zoon een frontale botsing, de week erna onze dochter.
Ik heb in paniek de vrouw van de zendeling gebeld. Zij vroeg: „Hebben jullie nog iets in huis dat met de satan te maken kan hebben?" Toen werd ik bepaald bij een antieke verzameling horse brasses die we in huis hadden. Horse brasses zijn koperen versierselen, die vroeger om paarden werden gehangen om ze te beschermen tegen ziekte en tegen de duivel. Ik dacht: dat zal de Heere toch niet bedoelen?
Mijn man wilde ze de deur uit doen. Ik niet. „Weet je hoeveel geld daar hangt?", protesteerde ik.
Het duurde drie dagen voor ik om was. Op de derde dag was alsof de Heere zei: „Het Liefste wat Ik had, Mijn eniggeboren Zoon, heb Ik voor jou overgehad. En jij wilt die horse brasses niet wegdoen?" Ik ben uit bed gesprongen en zei tegen mijn man: „Neem ze alsjeblieft mee." Ik heb ze nooit gemist."
Twijfel
„Voor mij is het duidelijk: er is geen grijs gebied. De Bijbel spreekt over het koninkrijk van het Licht en het rijk van de duisternis.
Als ik twijfel, vraag ik me af: brengt het me dichter bij de Heere Jezus of niet? Zo niet, dan zeg ik er nee tegen, omdat ik weet wat het terrein van de duisternis inhoudt.
Als we twijfelen over een boek, of over het luisteren naar muziek, dan zegt de vijand vaak: „Doe maar, het is echt niet erg als je dit doet." Veel jongeren denken dat het met de invloed van de vijand zo'n vaart niet loopt. Maar hoeveel zijn er niet depressief, hebben angsten, nachtmerries en zelfmoordneigingen? De prijs voor het doen van 'onschuldige' dingen is hoog. Bij twijfel, houd afstand, zeg ik daarom altijd. Met de vijand van God kun je geen spelletjes spelen."
Dit is het tweede deel van het verhaal van Mout-van der Linden. Voor het eerste deel zie "Ik was verblind".
tekst Jacomijn Hoekman
beeld RD, Henk Visscher