Dat zijn enkele conclusies van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP).

Over 2011 en 2012 samen komen er naar schatting 60.000 huishoudens bij onder de lage-inkomensgrens. Volgens de berekeningen groeit het aantal huishoudens onder de lage-inkomensgrens in 2011 van 529.000 tot 561.000, oftewel 8,1 procent van het totaal. Voor 2012 voorzien CBS en SCP een stijging tot 588.000 arme huishoudens (8,5 procent).

Om te bepalen hoe groot de armoede is, hanteren het SCP en het CBS verschillende grenzen. Als armoedegrens hanteerde het SCP in 2010 1000 euro per maand voor een alleenstaande. Volgens de definitie van het CBS (lage-inkomensgrens) was dat bedrag 940 euro. Het SCP rekent de huurtoeslag wel mee, het CBS niet, vandaar de verschillen.