De rechtbank acht moord bewezen. Van een plotselinge opwelling, die bij doodslag geldt, is dus geen sprake.

Toen V. het meisje op 10 maart dit jaar zijn eigen huis inlokte, haar naar boven meenam, haar onzedelijk betastte en uiteindelijk met een riem wurgde, had hij de tijd om na te denken over de gevolgen van zijn daden.

De rechtbank wees erop dat zich op 10 maart, toen Milly Boele is vermoord, een „gruwelijk drama" heeft afgespeeld. „Het kind moet haar laatste momenten van haar leven in grote angst doorgebracht." Ook stonden de rechters stil bij de „grote schok" die de moord in de samenleving teweeg bracht.

Strafverzwarend is dat Sander V. buurman én politieman was. „Een kind moet zich in eigen omgeving veilig kunnen voelen. En een politieman moet bij uitstek te vertrouwen zijn." De rechtbank wees erop dat V. in de samenleving het vertrouwen in de politie heeft geschaad.

De rechters nemen het de ex-politieman kwalijk dat hij zes dagen na de moord heeft gezwegen. „De familie verkeerde zes lange dagen in onzekerheid, voordat ze geconfronteerd werd met de dramatische werkelijkheid."

Sander V. zelf zei tijdens de rechtszitting dat hij op de dag van de moord in paniek was. Hij zegt volop cannabis te hebben gebruikt. De man verklaarde dat hij niet goed in zijn vel zat, onder meer vanwege problemen met collega's bij de politie van Rotterdam-Rijnmond.

tekst RD, beeld ANP