Toen enkele christenen begonnen te bidden, moesten ze daar gelijk mee ophouden.
“Ze gebruikten de microfoon om ons toe te spreken”, vertelt een van de christenen. De boodschap van de politie was zeker niet wat ze gewend waren om vanaf de preekstoel te horen. “Het was géén boodschap van vrede. Ze vertelden dat we moesten stoppen met onze samenkomsten. Maar wij stoppen zeker niet met het aanbidden van onze God in dit gebouw.”
De politie nam de voorgangers van beide gemeenten mee naar het politiebureau, de volgende dag mochten ze weer naar huis. Toen de voorgangers weer op vrije voeten waren, vertelde één van hen waar het nachtje in de cel goed voor was geweest: “Ik ga mijn werk voor God met nóg meer toewijding doen dan eerst.”