De in Hendrik-Ido-Ambacht geboren en getogen student woont bijna een jaar op kamers. „Toen ik ging studeren, wilde ik niet meteen op kamers. De drie uur die ik toen per dag moest reizen nam ik voor lief, zodat ik thuis kon blijven wonen”, vertelt Laurence. Totdat hij in het tweede jaar naast zijn studie internationale betrekkingen ook de opleiding Midden-Oostenstudies ging doen. „Ik had toen meer college-uren, waardoor ik met de reistijd erbij opeens erg lange dagen ging maken.” De lange reistijd én zijn lidmaatschap van de studentenvereniging CSFR maakten dat Laurence toch overwoog in Leiden op kamers te gaan.
„Op een gegeven moment kwam er een goede mogelijkheid voorbij. Een medestudent ging namelijk voor een halfjaar naar Schotland en vroeg mij of ik zijn kamer voor die tijd wilde huren. Na lang wikken en wegen dacht ik: ik probeer het gewoon. Daar heb ik tot op vandaag geen spijt van gehad.” Na dat halfjaar besloot Laurence om in Leiden te blijven wonen. Tot op heden woont hij met twee vrienden in een appartement. „En dat bevalt bijzonder goed”, lacht hij.
Beginnersfoutjes
Zelfstandig wonen ging voor Laurence niet meteen van een leien dakje. „De eerste keer dat ik boodschappen ging doen, vulde ik in mijn enthousiasme het winkelwagentje zoals mijn moeder dat zou doen. Door de prijs die de kassa liet zien, 67,50 euro, verdween datzelfde enthousiasme als sneeuw voor de zon. Aan het begin weet je niet wat je wel en niet moet kopen. Gelukkig heb je dan de WhatsApphulplijn genaamd Mama.”
„De klassieke blunder met het rookalarm staat trouwens ook op mijn lijstje. Ik wilde hamburgers bakken en vergat de tijd. Waarop het alarm hard begon te loeien.” Nog een tip van Laurence: laat de vriezer niet openstaan. „Het is geen pretje om na een lange dag van colleges de vloer te moeten dweilen”, grinnikt hij.
Voordelen
Toch merkte Laurence al snel hoe makkelijk en leuk het is om op kamers te wonen. „Het is zo fijn om maar tien minuten te hoeven fietsen in plaats van anderhalf uur met het ov te moeten reizen. Ook hoef ik nu niet op de tijd te letten tijdens verenigingsavonden omdat ik de laatste trein nog moet halen.”
Ook de gezelligheid van de medestudenten vindt Laurence een voordeel. Mét de grappen die daarbij horen. „Van bijzondere taferelen, zoals het opgesloten worden door huisgenoten, moet je niet vreemd opkijken”, lacht Laurence. „Ik heb een keer zo’n 20 tot 25 minuten vastgezeten. Een lol dat ze hadden.”
Dat soort rare voorvallen is typerend voor de gezellige sfeer die er hangt in studentenhuizen, vindt Laurence. „Er zijn altijd mensen om je heen. Als je om 12 uur ’s avonds thuiskomt, is er nog volop leven. Je ontwikkelt in je huis ook een soort eigen cultuur. Elke student heeft zijn eigen talenten en eigenschappen. De een houdt van koken, de ander rekent schoonmaken tot zijn talenten en weer een ander houdt zich vooral bezig met het commentaar geven op de eerste twee.”
Nadelen
Het op kamers zitten heeft ook een keerzijde, vindt Laurence. „Doordat ik doordeweeks in Leiden ben, krijg ik de nieuwtjes van ‘thuisthuis’ vaak niet mee. Het is fijn om in het weekend thuis te zijn, zodat je iedereen weer spreekt.” Verder moet je als op kamers wonende student veel ballen in de lucht houden. Zowel thuis als in Leiden heeft Laurence een sociaal netwerk dat hij wil onderhouden.
Het grootste nadeel vindt de student dat hij in Leiden geen vleugel heeft. „Gelukkig heb ik wel mogelijkheden om op de universiteit te spelen, want ik denk dat ik anders niet eens op kamers was gegaan. Pianospelen is echt mijn passie.”
Verantwoordelijkheid
Het op kamers gaan brengt ook verantwoordelijkheden met zich mee, zo vertelt Laurence. „Het belang van het huis opruimen heb ik wel geleerd. Na een paar keer vuile vaat van twee tot drie dagen –waar een zwerm fruitvliegjes van afkomt– te hebben afgewassen, maak ik elke dag met ontvetter de keuken schoon.”
Op serieuzere toon vervolgt hij: „Ook moet je je verantwoordelijkheid nemen op geloofsgebied. Bij mij thuis wordt er elke maaltijd gebeden en uit de Bijbel gelezen, maar als je op kamers woont, moet je dat toch zelf doen. Mijn ouders doen het nu niet voor me. Ook als ik weinig tijd heb of duizend andere redenen kan verzinnen om gewoon van tafel weg te lopen, wil ik wel de keuze maken om trouw de Bijbel te lezen. Ook voor je persoonlijk leven leer je dus veel als je op kamers woont.”
Dit is het tweede deel van een serie over het studentenleven. De auteur is student in een onchristelijke omgeving en panellid bij Puntuit.
Tips van Laurence voor als je op kamers wilt
1. Ga van tevoren een keer naar de stad waar je wilt wonen en studeren. Dan kun je peilen of de stad bij je past. Ik houd bijvoorbeeld van Leiden omdat het klein en studentgericht is. Een ander gaat juist weer liever naar het zakelijke Rotterdam.
2. Via een studentenvereniging is het makkelijk om mensen te vinden die een kamer hebben of die via via iemand kennen die een kamer vrij heeft.
3. Begin vroeg met het zoeken naar een kamer. Niets is zo vervelend als stress omdat je geen kamer gevonden hebt.
4. Oefen vooraf thuis met koken, zodat je gelijk goedkoop studentenvoedsel kunt maken.
5. Wees niet bang om ervoor te kiezen om op kamers te gaan wonen. De vraag naar kamers is groot, dus als je het toch niks vindt, wordt je kamer zo weer overgenomen.
