De jongere
Rosalie Roon (16), onderwijsassistente in opleiding
Je bent een van de jongeren die meedoen aan het buddysysteem bij jullie in de gemeente. Wat is tot nu toe je ervaring?
„Sinds vorig jaar heb ik een buddy binnen de gemeente. Met mijn verjaardag kreeg ik een kaartje, toen ik geslaagd was een felicitatie. Verder maken we een praatje als we elkaar op straat tegenkomen. We kunnen overal over praten. Dat vind ik waardevol. In coronatijd is het vaak niet mogelijk om samen iets te ondernemen, maar telefonisch houden we contact.”
Wat is voor jou de meerwaarde van een buddy?
„Ik vind het fijn om een vaste persoon te hebben met wie ik contact heb. Op deze manier word ik meer bij de gemeente betrokken. Ik vind het contact waardevol, en ik leer ook van haar. Ik vind het mooi om te zien dat ze contact legt met jongeren en over het geloof praat.”
Wat zou je tegen een jongere zeggen aan wie een buddy aangeboden wordt?
„Het is fijn om contact te hebben met iemand uit de gemeente. Je kunt altijd bij die persoon terecht met mooie, maar ook lastige dingen, bijvoorbeeld je vragen over het geloof. Misschien is het even wennen aan het begin. Maar je hoort allebei tot de dezelfde kerkelijke gemeente, dat bindt samen.”
De mentor
Lenny Klepper (31), kapster en moeder
U doet aan jongerenmentoraat. Wat is dat?
„We koppelen een jongere aan een oudere uit de gemeente. We hopen dat er een vertrouwensband ontstaat tussen de jongere en de buddy. Een buddy legt op een laagdrempelige manier contact. Bijvoorbeeld door een barbecue te organiseren voor jongeren. Zo bouwt de buddy aan een vertrouwensband. Op die manier hopen we contact te krijgen met jongeren over wat hen bezighoudt. Het is de bedoeling dat alle jongeren van 12 tot 24 jaar een buddy toegewezen krijgen. We willen er voor alle jongeren zijn.”
Wat maakt het jongerenmentoraat voor u waardevol?
„Vanuit mijn ervaring uit het verleden weet ik dat de wereld enorm trekt. Het is alleen al waardevol om de handen te vouwen voor onze jongeren. Naast jongeren staan, erkenning geven, luisteren naar hun verhaal en hen uiteindelijk bij de Heere Jezus brengen is voor mij de meerwaarde van het jongerenmentoraat. Zoals de vrienden van de lamme man dat deden in Markus 2. We benadrukken tegenover ouders dat onze taak anders is dan die van hen; we zijn geen opvoeders. We willen oog voor jongeren hebben, de wetenschap dat er aan hem of haar gedacht wordt is vaak al genoeg.”
Wat mag een jongere van u verwachten?
„Dat ik er altijd voor een jongere wil zijn, in blijde en moeilijke omstandigheden. Ik wil hun de ruimte bieden om hun verhaal te doen. Vertrouwen is daarbij belangrijk. Sommige contacten gaan moeizamer, daar probeer ik open in te staan. Alle aandacht die ik kan geven, is goed.”