Al snel wordt duidelijk dat een hovenier een alleskunner moet zijn. Of, zoals De Bart het zelf uitdrukt, een kunstenaar met groene vingers. "Je plant niet alleen een paar mooie planten of struiken. Er komt veel meer bij kijken: een schutting, een vijver, bestrating, tuinverlichting, muurtjes, noem maar op. Dat moeten onze jongens allemaal kunnen." Zelf duikt de eigenaar regelmatig achter de tekentafel om een tuin te ontwerpen voor klanten. "Tekenen doe ik voor 90 procent zelf. De rest doet een tuinarchitect. Het voordeel van zelf tekenen is de praktische insteek."
Plantenkunde
De Bart werd in het groen geboren, in Boskoop. Na de middelbare school werkte hij eerst in een boomkwekerij en later in Zeist en Woudenberg bij de gemeentewerken. "Je leert er wel werken, maar een beste leerschool was het niet. Je onderhoudt tuinen en plantsoenen, maar doet niets met tuinaanleg. Daarom ben ik vier jaar lang één dag in de week naar school gegaan. Een pittige school, met als struikelblokken tuintekenen en plantenkunde."
Toen De Bart vakbekwaam hovenier was, is hij een eigen bedrijf begonnen. "Ik had te weinig voldoening bij de gemeente en ben voor mezelf begonnen. Met een auto, een aanhanger en een kruiwagen kom je een heel eind, tenminste, dat denken beginnende hoveniers vaak onterecht. Omdat een hovenier een alleskunner moet zijn, heeft hij allerlei gereedschap nodig", vertelt De Bart. "De investering is fors, maar de hoeveelheid gereedschap groeit vanzelf. Kijk maar eens wat ik hier allemaal heb staan." De loods achter het woonhuis staat inderdaad vol met allerhande spullen en gereedschap.
Cursussen
Om vakbekwaam hovenier te worden is het mogelijk om net als De Bart één dag in de week naar school te gaan. Ook is het mogelijk een avondstudie te volgen, wat evenwel zwaar is in combinatie met de vaak zware lichamelijke arbeid overdag. Een andere mogelijkheid is de middelbare tuinbouwschool, een mbo-opleiding.
Er zijn verschillende cursussen om hoveniers de extra vaardigheden aan te leren, zoals timmeren en metselen. Maar is het niet beter om deze werkzaamheden door echte timmerlieden, metselaars en elektriciens te laten doen? De Bart vindt van niet. "Omdat onze jongens alles zelf doen, kunnen ze direct overal rekening mee houden. Als ze de stoep aanleggen, houden ze er rekening mee of er een tuin langs komt of bijvoorbeeld een gazon. Een stratenmaker gooit het tuinpaadje erin en is weer weg. Dan hebben wij extra werk als hij zich bijvoorbeeld niet aan de tekening heeft gehouden."
Het is een hele kunst om van een puinhoop een mooie tuin te maken. "Je moet van niets iets maken. Als we bij een klant komen, is het vaak een rommeltje. Eerst wordt het huis netjes gemaakt, pas na twee of drie jaar is er geld voor de tuin. Gelukkig weten de meeste mensen behoorlijk goed wat ze willen hebben. Dan maak ik een tekening en overleg wat waar moet komen."
Voor- en nadelen
Het is direct aan De Bart te zien: hij heeft groene vingers. Niet alleen figuurlijk, ook letterlijk zijn zijn handen niet echt schoon. "Je moet niet bang zijn voor vieze handen. Daarnaast moet een hovenier een doordouwer zijn, die zwaar werk niet erg vindt. Ja, dat zijn de nadelen van het vak. En natuurlijk de afhankelijkheid van het weer. Kou geeft niet, daar kunnen we ons tegen kleden. Warmte is erger, dan kun je niets doen. Het ergste om in de regen te werken. Dat gaat overal doorheen."
Het buiten werken is niet alleen een nadeel, De Bart zet het ook in het rijtje van voordelen. "Vooral in de zomer is het heerlijk. Het omgaan met de natuur en werken in de buitenlucht zijn grote voordelen. Daarbij geeft het van niets iets maken veel voldoening. Ook hebben wij een van de betere CAO''s."
Het zware werk wordt tegenwoordig voor een groot deel met machines en handig gereedschap gedaan. Een voorbeeld hiervan is de zogenaamde stokzaag, een vernuftig soort schaar waarmee dikke takken van de bomen geknipt worden. Een doe-het-zelver zou er minstens tien minuten mee bezig zijn om dezelfde klus te klaren. Ook de minigraver is handig. "Als we die ook maar even kunnen gebruiken, nemen we hem mee. Je moet het jezelf niet moeilijker maken dan het is."
Opleiding
Locaties: Breda, De Groene Welle (Zwolle en Hardenberg), Limburg, Oost (Almelo, Doetinchem, Enschede, Twello), Terra (Emmen, Groningen, Meppel en Frederiksoord), Groencollege Goes, Groenhorstcollege (onder andere in Ede en Barneveld), De Groene PraktijkOpleiders (onder andere in Hoorn en Alkmaar), Helicon-opleidingen (Apeldoorn, Geldermalsen, Nijmegen), Holland-College (De Lier), Wellantcollege (onder andere in Dordrecht, Amersfoort en Gorinchem)
Duur opleidingen: Deeltijd (één dag in de week) 4 jaar, voltijds 2 jaar. Cursussen hebben verschillende looptijden.
Vereiste vooropleiding: Vmbo
Gewenst vakkenpakket: Biologie vereist, wiskunde (i.v.m. tuintekenen) en aardrijkskunde gewenst.