De twee CHE-studenten zagen tijden hun minor mensenhandel beelden van Afrikaanse dorpelingen die allemaal een enorm litteken in de rechterzij hadden. Ze waren geronseld om hun nier te verkopen. De beelden grepen het tweetal aan. Robbert, vierdejaars sph-student: „We keken elkaar aan en hadden een klik. We wisten dat we ons op orgaanhandel zouden storten.”
„Het is een luguber onderwerp”, geeft Willemijn toe. Ze is derdejaarsstudent verpleegkunde. „De wereld van orgaanhandel is mysterieus en er rust een taboe op.” Robbert: „Het verbaasde me hoe gemakkelijk op internet alles is te vinden. Je zou verwachten dat deze wereld ondergronds zou opereerde. Maar nadat ik enkele uren forums op internet afstruinde, had ik zo al tien mailadressen van mensen die zeiden een nier voor me te kunnen regelen. In het buitenland zijn zelfs er ziekenhuizen en transplantatieklinieken die aan deze praktijken meewerken.”
Een mens heeft twee nieren, en het is mogelijk om met één verder te leven. Veel beter wordt je lichaam er dan echter niet op. „Patiënten ervaren dat hun uithoudingsvermogen eronder lijdt en dat ze goed moeten opletten wat ze eten”, weet de derdejaars verpleegkundestudent Willemijn.
Orgaanhandelaar
De studenten kennen een verhaal van een persoon in Kenia die voor 580 euro een nier afstond. Zo’n orgaan kost voor een Nederlander al snel 100.000 euro. En het verschil? Dat steekt de handelaar grotendeels in zijn zak.
Normaal gesproken moet een Nederlandse patiënt met nierfalen zo’n drie jaar wachten op een donor. Voor sommige Nederlanders duurt dat te lang. Ze gaan zelf op zoek naar manieren om een nier te regelen.
In 2013 deden veertig experts mee aan het HOTT-project, een initiatief dat als doel heeft illegale orgaantransplantaties tegen te gaan. De onderzoeker deden in hun wereldwijde studie ook onderzoek in Nederland. Daar hielden ze een enquête onder transplantatieartsen. Van de 241 die er reageerden, hadden er 38 een vermoeden dat ze weleens een patiënt behandelden die in Nederland een nier had gekocht. Van dertien mensen vermoedden ze dat die een nier hadden verkocht.
„Voor het kopen of verkopen van een nier is nog bijna nooit iemand veroordeeld, omdat het lastig is om vast te stellen of ze onder dwang hun orgaanhebben afgestaan”, weet Willemijn. „Artsen hebben een zwijgplicht en er is nergens een meldpunt waar ze hun vermoeden uit kunnen spreken. In Nederland is het toegestaan een nier aan een wildvreemde te doneren, zolang de arts maar de indruk heeft dat dit niet onder dwang gebeurt en er geen geld voor is betaald.” Robbert: „Maar als je met elkaar afspreekt dat je het geld na de transplantatie overmaakt, kunnen artsen daar niets aan doen.”
Willemijn was tijdens het onderzoeksproject de voorzichtigste van het stel. Ze was bang om opgepakt te worden. „En ik zat wel met allerlei ethische vragen. Mogen we ons anders voordoen dan we zijn? En, nog belangrijker; hoe voorkomen we dat iemand daadwerkelijk onder het mes gaat? Dat wilde ik niet op mijn geweten hebben. Maar het is té belangrijk dat deze praktijken eens aan de kaak worden gesteld.”
De meeste nieren komen uit China, weet het tweetal. „Daar worden geëxecuteerde gevangenen voor hun dood nog even leeggetrokken. Dan gaan de organen langer mee”, legt vierdejaars sph-student Robbert plastisch uit.
Regelgeving
De studenten hopen met hun onderzoekje een wereldwijd probleem te hebben aangestipt. De twee pleiten voor internationale regelgeving en een meldpunt voor artsen. Zoals dat er nu ook al is voor kindermishandeling.
Zorgt hun onderzoek er juist niet voor dat steeds meer mensen zich bewust worden van de mogelijkheden om een nier te kopen? „Dat hopen we niet. We waarschuwen dan ook voor de risico’s”, benadrukt Robbert. Hij hoopt met „dit kleine onderzoek een misstand te hebben aangekaart.” De student zou zelfs bereid zijn zich hier na zijn studie op te storten, als hij een opdrachtgever kan vinden. Willemijn wil afstuderen op de afdeling nefrologie, waar transplantaties worden uitgevoerd. „Het is goed dat ik nu wat weet van orgaanhandel. In mijn opleiding heb ik hier nog nooit wat over gehoord, terwijl het best wel een dingetje is.”
Waarom een nier kopen geen goed idee is
Voor een nierpatiënt die eindeloos op een orgaan moet wachten lijkt een nier kopen een gemakkelijke oplossing. Robbert denkt dat dit ook steeds makkelijker wordt, doordat mensen via internet zelf op zoek gaan naar alternatieven. „Je zou kunnen denken dat het een kwestie van vraag en aanbod is.” Maar er zitten een paar addertjes onder het gras.
- Het kost je heel veel geld.
- Je weet niet of je een goede nier krijgt, of die van een alcoholverslaafde.
- Je kunt worden opgelicht.
- Jij wordt er misschien beter van, maar een ander lijdt de rest van zijn leven.
En dat is misschien wel de belangrijkste reden voor de twee christelijke studenten. „Je kunt als christen niet alleen nadenken over jezelf. Je hebt ook verantwoordelijkheid voor een ander.”
Mensen zijn geen producten
Zouden de twee zelf hun nier verkopen? „Nee”, zegt Willemijn resoluut. „Ik heb nooit onderzocht hoe de Bijbel daar over spreekt, maar mijn gevoel zegt dat ik zo ben geschapen. Dit is mijn lichaam.” Robbert staat er iets genuanceerder in. „Ik vind er verschil in zitten of iemand onder dwang zijn nier moet verkopen, of dat het vrijwillig gebeurt. In Kenia worden hele dorpen geronseld voor organen, en dat is niet oké. Mensen zijn geen producten.” Willemijn stelt haar mening bij: „Stel dat mijn moeder mijn nier nodig zou hebben, dan zou ik die wel geven denk ik. Ja, natuurlijk zou ik haar leven willen verlengen; het is mijn moeder! Ik vind wel dat je voor donatie een emotionele band met iemand moet hebben.”
Oplossing
In Nederland is een tekort aan orgaandonoren. Een nier kun je tijdens je leven doneren en daarmee het leven van een ander verlengen. Hebben Willemijn en Robbert een oplossing om het niertekort terug te dringen? Robbert: „In Australië krijg je de rest van je leven een gratis zorgverzekering wanneer je een nier doneert. Dan is er nog wel een financiële prikkel voor de verkoper, maar krijg je niet ineens handje contantje 100.000 euro. Wellicht is dat een goede oplossing.”