Hij stelt: Als student met een christelijke beperking moet ik handhaven in een wetenschappelijke wereld.

Verder schrijft hij in de ingezonden brief: “Gelukkig is er elke dinsdagavond de mogelijkheid om even te ontspannen. Dan kom ik samen met mijn bijbelstudiekring om te eten, te drinken en te discussiëren over het bestaan van God en de waarde van een christelijke moraal. Nou ja, er is natuurlijk geen échte discussie omdat daar een rationele, open blik voor nodig is. Wij houden ons vooral bezig met de optimale verwoording van autoritaire en onwrikbare dogma's. Bovendien zijn we dan dankbaar voor het feit dat het weer gelukt is om een week lang te doen alsof we kunnen nadenken op universitair niveau en bidden we om kracht de schijn op te blijven houden in de week die komt.

Wanneer hij dan na een bijbelstudieavond weer naar huis fietst, vraagt Harmen zich af hoe het zou zijn om zelf na te kunnen denken. Als een échte wetenschapper. “Dan ben ik jaloers op Dawkins die al deze christelijke lasten niet hoeft te dragen en kruip ik terneergeslagen onder de wol. Maar niet voordat ik mijn ouders en dominee heb gebeld om te zeggen dat ik al hun ideologische standpunten zonder twijfel onderschrijf. Vervolgens offer ik nog een geit, ik ben immers religieus.

De brief van Harmen was een reactie op een interview in De Volkskrant met de beroemde evolutiebioloog Dawkins.