Elke eerste les na de proefwerkweek is het raak. En aangezien klas 3 vwo vorige week toetsen had, stond er donderdag weer een les Scheikunde op het programma. Met grote letters staat er op het bord: ”Stof zijt gij en tot stof zult gij wederkeren.” Woorden uit Genesis 3:19.
„Stof ben jij! En tot stof zal je wederkeren.”
Post trapt af met een opdracht: „Schrijf eens kort op wat jouw doel is in je leven.” De leerlingen buigen zich in stilte over hun papier. Als iedereen is uitgeschreven vervolgt de docent: „Scheikunde gaat over stoffen. Dat is heel aangrijpend. Want God zegt tegen ons allemaal: „Stof ben jij! En tot stof zal je wederkeren.” Ik heb ook stof meegenomen.” Hij houdt een flink formaat bekerglas omhoog. Erin zit een laag donker zand. Hij vervolgt: „Ik ben nu 62, jullie zijn jonger. Maar over honderd jaar kunnen we allemaal in zo’n potje. Daar passen we gewoon in.”
„Hoe vaak denken jullie eigenlijk aan de dood?” vraagt Post. Van de 21 leerlingen denken er 17 elke week wel een keer aan de dood. Twee jongeren nog vaker en twee minder vaak. „Je leeft een ogenblikje. En dan keert het lichaam weer tot stof terug naar de aarde. Waarom? Dat is het gevolg van de zonde. Het was niet Gods bedoeling.”
"Wat is het doel van je leven?"
De docent roert wat met zijn hand in de aarde. „Hieruit boetseerde God Adam. Maar leefde hij toen? Nee. Wanneer begon hij te leven? Mirjam, weet jij het?” Mirjam reageert: „Toen God de mens in zijn neus blies.” Post: „Juist, dat heeft ze goed gezegd! Ons leven, onze adem komt direct van God en zal ook weer teruggaan naar God.”
Daarmee komt de docent weer terug bij z’n eerste vraag: wat is het doel van je leven? „Want wat heb je dan gedaan met dat stof? Met je korte leven? Dat is heel belangrijk. Veel van jullie hebben als doel opgeschreven dat je bekeerd wilt worden.”
Post laat de klas een versleten Bijbel zien. „Ik heb expres dit Bijbeltje meegenomen, het is van mijn schoonmoeder geweest. Ik was erbij toen ze haar laatste adem uitblies.” Hij houdt de Bijbel open naar de leerlingen toe. „Je ziet het: er staan allemaal kruisjes, lijntjes en aantekeningen in. Je kunt zien dat mijn schoonmoeder leefde met het Woord.”
De scheikundedocent legt de Bijbel naast het bekerglas en wijst op het contrast tussen de twee. „Jullie zijn nu nog volop in ontwikkeling. Je kunt knap zijn of intelligent. Maar als je sterft, dan word je weer stof. Maar de Bijbel spreekt zo anders over de dood.” Het is muisstil in de klas. De leerlingen luisteren met aandacht. „Want er staat niet alleen dat alle vlees als gras is, maar...” Hij spreekt verder met stemverheffing, haast enthousiast: „ook dat het Woord van onze God bestaat in eeuwigheid!”
"De Heere Jezus wilde stof worden, voor mij."
Hij rondt de les Scheikunde af met het belangrijkste. „Dit is zo ongelooflijk mooi, wat ik nu ga zeggen. Want nu heeft God niet alleen een geest in de mens geblazen, en is Hij niet alleen met Zijn Woord gekomen. Maar Hij is ook met Zijn Zoon gekomen. De Heere Jezus wilde stof worden, voor mij. Hij ging de dood in, voor mij. En nu vraag je misschien: hoe kom ik daar nou bij? Door stof, door zondaar te worden voor God, dan gaat de hemel open en krijg je het leven in de Heere Jezus.”
Monica Koemans (14) uit Bruchem, Anieke Duijzer (15) uit Wijk en Aalburg, Anna Stout (14) uit Hardinxveld-Giessendam en Naomi Houweling (14) uit Gorinchem uit 3 vwo kregen een les Scheikunde.
Hoe vinden jullie Scheikunde met een hoofdletter?
Anieke: „Je verwacht zoiets niet bij een vak als scheikunde. Tegelijk leer je er wel wat van. Overigens vind ik de gewone scheikundelessen ook interessant.”
Anna: „Ik vind dat hij het wel origineel heeft bedacht.”
Anieke: „Ja! De naam ook: Scheikunde met een hoofdletter.”
Monica: „Ik vind het mooi om te zien hoe hij helemaal in zo’n les opgaat. Hij is erg enthousiast. Ik kijk er niet speciaal naar uit, maar je bent wel elke keer benieuwd wat er komen gaat.”
Naomi: „De combinatie scheikunde en de Bijbel vind ik erg interessant.”
Vonden jullie het confronterend?
Anna: „Ja, een beetje wel. Hij windt er geen doekjes om.”
Anieke: „Ja, vooral dat wij ook in zo’n potje met stof passen.”
Naomi: „En dat er over honderd jaar inderdaad niemand van ons meer is. Daarna volgt de echte bestemming van je leven.”
Wat blijft jullie het meeste bij van deze les?
Anieke: „Toch dat potje met zand erin.”
Anna: „Het Bijbeltje van zijn schoonmoeder. Het lag bij ons op tafel. Ik zag al de teksten omcirkeld en alle aantekeningen.”
Monica: „De Bijbel en het bekerglas naast elkaar. En dan het verschil: de mens wordt stof, het Woord blijft.”
Op de foto: v.l.n.r. Monica, Anieke, Anna en Naomi.
Bekering is endotherm
In Scheikunde met een hoofdletter gebruikt Theo Post beelden uit de scheikunde om een gesprek aan te gaan met de leerlingen over geestelijke zaken. „Drie jaar geleden ben ik daarmee begonnen. Toen kwam het idee in mij op dat wij eens allemaal gescheiden worden door de hemelse Rechter op grond van onze ‘stofeigenschappen’. Later heb ik daar nieuwe ideeën bij gekregen.”
Zo begon hij eens een les met de vraag: Is de bekering exotherm of endotherm? Endotherme, chemische reacties kosten veel energie en exotherme reacties gaan juist gemakkelijk of soms zelfs helemaal vanzelf. Als je doet waar je zelf zin in hebt, als je je eigen lusten volgt, dan gaat dat gemakkelijk, aldus de docent. Die route is dus exotherm. De bekering is juist endotherm. Daarvoor is energie nodig. Niet van jezelf, maar van God. Hij wijst op Fillipenzen 2 de verzen 12 en 13, waar het woord energie (en-ergeia = in werking) letterlijk in de Bijbel staat. „Werkt uws zelfs zaligheid met vreze en beven; want het is God Die in u werkt (Grieks: en-ergeia) beide het willen en het werken (en-ergeia).” Uiteindelijk gaat het in de bekering om –in scheikundige termen– de verbinding van de zondaar met Christus.
Puntuit.nl WhatsApp
Wil jij regelmatig het beste van jongerensite Puntuit (voor jongeren van 12 tot en met 25 jaar) op je smartphone ontvangen? Dat kan nu ook door je aan te melden bij de redactie via WhatsApp. Puntuit voegt je dan toe aan een lijst, waarna je af en toe een link naar een artikel –eentje die je gelezen/gezien moet hebben– krijgt toegestuurd.