Imran Masih werkt als schoonmaker bij een gezondheidscentrum op het platteland. Op 19 april is hij aan het werk. Zijn mobiele telefoon heeft hij op een bureau gelegd om op te laden. Als Imran de kamer binnenkomt, ziet hij dat drie mannen zijn telefoon bekijken. Ze beschuldigen hem ervan een video in zijn telefoon te hebben die beledigend is voor de islam. Ze grijpen de schoonmaker en slaan hem bont en blauw, ondanks dat hij ontkent iets van de video af te weten.
De moslims sluiten Imran vervolgens op in een kamer. Daar weet hij zijn familie te informeren met behulp van een tweede telefoon. “De familie neemt contact op met de katholieke kerk en een delegatie van het dorp vertrekt onmiddellijk naar het gezondheidscentrum waar Imran gegijzeld zit.” Dorpsgenoot Amir Yaqub is hierbij. “We verzekerden de moslims, inclusief de dienstdoende arts, dat geen enkele christen het in zijn hoofd zou halen om de profeet te beledigen. En dat Imran, een analfabeet zonder kennis van het internet, ten onrechte door zijn collega’s is beschuldigd. De leidinggevende van het gezondheidscentrum liet Imran zijn werk hervatten en het probleem was in onze ogen opgelost,” aldus Yaqub.
Maar als Imran de volgende dag naar zijn werk gaat, blijkt er een fatwa tegen hem te zijn uitgesproken. Vanwege de ‘godslasterlijke’ video zal hij ter dood moeten worden gebracht. Er staat een prijs op zijn hoofd van € 9000. Vierenveertig christelijke families in zijn dorp worden voor de keuze gesteld: zich bekeren tot de islam, het dorp voor altijd verlaten of Imran uitleveren zodat hij verbrand kan worden. De politie kan net voorkomen dat de huizen van de christelijke gemeenschap in brand worden gestoken. De moslimgemeenschap, bestaand uit meer dan tweeduizend moslims, boycot de christenen. Zo weigeren winkeliers christenen eten te verkopen.
Volgens inspecteur Zafar Iqbal van het lokale politiebureau blijkt uit onderzoek dat er geen incident van blasfemie (godslastering) heeft plaatsgevonden. “Ik heb de aangifte tegen Imran Masih geweigerd en de lokale moslims en het moskeebestuur gewaarschuwd dat we in actie komen als ze proberen christenen kwaad te doen.” Imran en zijn familie zijn op de vlucht geslagen, net als sommige andere christenen uit het dorp.
In Pakistan wordt het wetsartikel tegen het lasteren van de Koran en de profeet Mohammed regelmatig gebruikt tegen christenen.