„Het groeiende studentenaantal aan de Nederlandse universiteiten zet ook dit jaar door”, zegt de VSNU. De universiteitenkoepel schrijft de groei toe aan een hogere instroom van studenten uit het hbo en van buitenlandse studenten. Het aantal scholieren dat direct doorstroomt vanuit het vwo is licht gedaald.
VSNU-voorzitter Pieter Duisenberg maakt zich zorgen over de sterke groei, waardoor universiteiten verder onder druk komen te staan. „We voldoen graag aan de vraag uit de samenleving naar universitair onderwijs. Echter, dit mag niet leiden tot hogere werkdruk voor medewerkers en lagere onderwijskwaliteit voor studenten”, aldus Duisenberg.
In het hbo is de groei volgens de Vereniging Hogescholen in bijna alle sectoren te zien. Vooral associate degree studies (tweejarige hbo-opleidingen) zijn populair. Het gaat om een toename van 1541 studenten, ofwel 24 procent, vergeleken met een jaar eerder. Volgens de vereniging komt dit vooral door gediplomeerde mbo’ers die steeds vaker voor dit type opleiding kiezen.
Het aantal eerstejaars dat koos voor een sociale studie groeide met ruim 8 procent. Ook de belangstelling voor opleidingen in de gezondheidszorg nam flink toe, met bijna 6 procent. Daarbij kozen studenten vooral voor de opleiding tot verpleegkundige. Eerstejaarsstudenten kozen ook vaker voor een lerarenopleiding. De animo voor opleidingen in de kunstsector (-2,4 procent) was echter een stuk minder.
De vereniging maakte ook bekend dat het aantal hbo-studenten met een diploma op zak in studiejaar 2018/2019 met 2,4 procent is gedaald vergeleken met het voorgaande jaar. Dat komt doordat het aantal eerstejaars vier tot vijf jaar geleden lager was. Universiteiten zagen het aantal afgestudeerden juist met 4 procent stijgen in het afgelopen studiejaar.