Anne Klijn (17) leerde haar moeder beter kennen
Wat vond je een leuke activiteit tijdens de moeder-dochterdagen?
„Ik vond de lezing heel interessant. Daarin werd uitgelegd dat er verschillende typen mensen zijn. Iedereen reageert verschillend op een situatie en heeft daarom wat anders nodig. De workshop was ook leuk. Mijn moeder en ik kozen voor het maken van taart.”
Welke momenten vergeet je niet?
„’s Avonds maakte elk moeder-dochterduo een wandeling. Door middel van kaartjes werden er metaforen uitgelegd en vragen gesteld. Sommige vragen waren diepgravend, andere confronterend. Verder deden we samen Bijbelstudie. Het is voor ons niet ongewoon om samen over het geloof te praten, maar het was wel bijzonder om echt met elkaar in de Bijbel te duiken. Dan merk je hoe de ander het geloof ervaart. Aan het eind hebben we samen gebeden, op de stille plek waar wij zaten.”
Wat vind je waardevol aan de band met je moeder?
„Mijn ouders kennen mij het best. Ik kan altijd bij mijn moeder terecht. Ze weet precies wie ik ben en hoe ik ben, vaak nog beter dan ikzelf. Ze geeft de beste adviezen van alle mensen die ik ken. Het is bijzonder dat ik door de christelijke opvoeding in aanraking kwam met het geloof, want anders weet ik niet waar ik nu zou staan.”
Waarom adviseer je dit ook andere moeders en dochters?
„Je denkt misschien dat je elkaar al heel goed kent, maar ik heb nieuwe dingen geleerd over mijn moeder. Je bent allebei niet perfect, maar als je dat accepteert en respect voor elkaar toont, kun je verder naar elkaar toe groeien.”
Evan Kool (12) ging op survival met zijn vader
Hoe leerden jullie elkaar kennen als groepsleden?
„Bij aankomst zagen we de plek waar we de tent mochten opbouwen. Samen dronken we koffie en thee. Van hout maakten we als vaders en zoons samen naambordjes. De twee helften vormden één geheel. Vervolgens gingen deze op een hoop. De jongens trokken een naambordje van een andere vader en praatte met hem over zijn zoon. Daarna deelden we dit in de groep.”
Wat vond je een gave activiteit?
„Het klimmen tussen de bomen vergeet ik niet snel. Dat werkt heel anders dan in Nederland en dat vond ik wel leuk. Ook sliepen we een nacht buiten. Ik droeg die nacht veel kleren, dus voor mij was het niet zo koud. Het lukte niet om op bivak een vuurtje te stoken. Er was geen droog gras of hout te vinden. De laatste morgen haalden we droog hout en maakten we een vuur. Tijdens de survival sneeuwde het en toen de meesten op weg naar huis gingen, hagelde het.”
Jullie dachten samen na over de Bijbel?
„De Bijbelstudie ging over een zoon die wegliep van huis, naar een ver land. Daarover spraken we als jongens samen in groepjes. Ik heb daarvan onthouden dat er van alle kanten aan je getrokken wordt. Je moet leren om met de Heere keuzes te maken.”