Als God met Zijn verbondsbeloften tot ons komt, is dat allereerst iets wat geheel en alleen van Zijn kant komt. De oprichting van het genadeverbond is, zo zeggen we dan, een eenzijdige zaak. Het beleven van het verbond kent, volgens het doopformulier, echter twee kanten. Wij worden door de doop van Godswege vermaand en zelfs verplicht tot een nieuwe gehoorzaamheid. Dat wil zeggen dat je door de werking van de Heilige Geest God gaat aanhangen, betrouwen en liefhebben met heel je hart. Dit noemen we de ”inwilliging” van het verbond. En dat kan op verschillende manieren gebeuren.
In de Bijbel vinden we voorbeelden dat het volk Israël dat mondeling gedaan heeft. Denk aan wat zich volgens Deuteronomium 27 heeft afgespeeld bij de intocht in Kanaän. Heel het volk kreeg de opdracht om op de flanken van twee tegenover elkaar liggende bergen te gaan staan: zes stammen op de Ebal en zes op de Gerizim. Na het uitroepen van de eisen van Gods verbond antwoordde heel het volk met een luid „amen.”
In de loop van de kerkgeschiedenis is inderdaad de praktijk ontstaan om het verbond niet alleen met de mond, maar ook zwart-op-wit in te willigen door het ondertekenen van een persoonlijk document. Daarin beloofde de opsteller Gods verbond te zullen inwilligen en de HEERE te dienen met heel zijn hart en leven. Deze praktijk vind je trouwens niet alleen bij de puriteinen. Ook Nederlandse oudvaders zoals Teellinck, Koelman, Smijtegelt en Immens schrijven erover. De laatste zegt in zijn boek ”De godvruchtige avondmaalganger” dat het een goede zaak is wanneer zo’n persoonlijke verbondsvernieuwing plaatsvindt als een kind van God zich voorbereidt op het vieren van het heilig avondmaal. Je begrijpt dat zoiets niet lichtvaardig mag gebeuren. Lambertus Myseras, een 18e-eeuwse oude schrijver uit Middelburg, schrijft ergens dat het „in waarheid en oprechtheid” moet zijn.
Het is wel waar dat dit gebruik tegenwoordig minder gevonden wordt, maar ik heb ook weleens een predikant ontmoet die vertelde dat in een la van zijn bureau zo’n ondertekende brief lag waarin hij zich opnieuw aan de HEERE en Zijn dienst mocht verbinden.
Ten slotte: of je het nu op papier of mondeling in het gebed mag doen: het inwilligen van het verbond is waar het in ons leven op aankomt. Bid of de Heilige Geest je wil leren wat dat is: God drie-enig aanhangen, betrouwen en liefhebben met heel je hart en heel je leven.
Zit je ook met een vraag? Stel hem gerust aan een van de schrijvers van de rubriek Menens. Mail je vraag naar info@puntuit.nl.