De predikant van de gereformeerde gemeente in Nunspeet sprak zaterdag tijdens het lustrumcongres van de reformatorische studentenvereniging Solidamentum, die 25 jaar bestaat. De bijeenkomst in De Grote Bunte in Nunspeet trok ruim 100 bezoekers. Vrijdag was er al een reünie voor leden en oud-leden, in De Pineta in Nunspeet. Hier kwamen ruim 200 van de naar schatting in totaal 900 leden die in de loop van de jaren lid geweest zijn.
Thema van het congres was: ”Loop der tijden”. W. B. Kranendonk, oud-hoofdredacteur van het Reformatorisch Dagblad, sprak over ”Een tijd van vrede”, terwijl ds. Schot met de deelnemers nadacht over ”Tijd om te zoeken”.
Ontroerend
Naar aanleiding van Jesaja 55:6 merkte de Nunspeetse predikant op dat het een opdracht is om de Heere te zoeken, al is het tegen de tijdgeest in. „Deze tijd van vluchtigheid staat haaks op de opdracht om God te zoeken. Het zoeken kost inspanning. De vrouw in de gelijkenis die een penning kwijt was, bleef zoeken tot ze die gevonden had. Het is niet best als je nog nooit gezocht hebt. Als de zaligheid je iets waard is, ga je zoeken.”
Jesaja 45:19, waar staat dat het zoeken niet tevergeefs is, noemde hij in dit verband een „ontroerende tekst.” Ds. Schot: „De Heere Zelf corrigeert hier het beeld dat soms van Hem geschetst wordt.”
Met instemming citeerde de predikant Mattheüs 7:7 en 8, waar het gaat over bidden en ontvangen, over zoeken en vinden, en over kloppen en opengedaan worden. Hij vindt het echter te eenvoudig om te zeggen, zoals dat tijdens Bijbellessen in het onderwijs wel gebeurt: „Als je erom vraagt, krijg je het.” „Kinderen kunnen een trauma oplopen als opa niet beter wordt, terwijl ze ervoor gebeden hebben. Niet alles wat we bidden noemen, is bidden. Echt bidden kun je niet van jezelf. Als de deur opengaat, is dat een wonder.”
Ds. Schot wees hier op het belang van de binnenkamer. „Het is belangrijk om je af te zonderen in de stilte. Ik ben bang dat we die afzondering in onze tijd kwijtraken. We krijgen zoveel prikkels naar ons toe. Doe de deur dicht als je naar je binnenkamer gaat en laat je niet beïnvloeden van buitenaf. Ons leven in de binnenkamer komt openbaar. Je kunt aan de mensen zien of ze een leven met God hebben.”
Ruiter
W. B. Kranendonk, die sprak over oorlog en vrede, begon met de opmerking dat binnenkort overal het gezang ”Ere zij God”, waarin de woorden ”Vrede op aarde” voorkomen, weer te horen zal zijn. De Heere Jezus is wel de Vredevorst, gaf hij aan, maar het beeld van een „lieve Jezus” behoeft bijstelling. „Jezus zegt Zelf dat Hij niet gekomen is om vrede te brengen op de aarde, maar het zwaard.” Hij verwees ook naar Openbaring 19, waar het gaat over de strijd van de Ruiter op het witte paard.
Kranendonks conclusie was dat de vrede die de Heere brengt niet zonder strijd en zonder oorlog gaat. Vrede is volgens hem meer dan de afwezigheid van oorlog. „De vrede waarover de Bijbel spreekt, de sjalom, is gelegen in een goede verhouding tussen God en mens.”
De inleider noemde het streven naar vrede beslist geboden, maar voegde eraan toe dat strijd in deze zondige wereld onontkoombaar is. „Soms moet enig kwaad gebruikt worden om een groter kwaad te voorkomen. Soms is het voeren van oorlog een noodzakelijk kwaad. De Bijbel leert geen pacifisme, maar wel pacificering als het gevaar eenmaal geweken is. De stelling dat oorlog niet goed kan zijn is een misvatting, zoals het ook een misvatting is om Jezus een pacifist te noemen.”