In het vluchtelingenkamp kwam Kuku voor het eerst in aanraking met het Evangelie. “Toen ik het hoorde was het allemaal nieuw voor mij. Ik voelde de kracht van het Evangelie, alsof er iets nieuws in mijn leven was gekomen”, vertelt hij.
Eerst zwijgt Kuku over zijn geloof. Stiekem bezoekt hij kerkdiensten. Na twee maanden vertelt hij zijn familie dat hij christen is. “Je kunt niet langer bij ons wonen, je bent een ongelovige geworden”, zegt zijn vader woest. “Als je terugkeert naar de islam is dat beter voor je gezondheid.” Kuku antwoordt: “Ik zal dit huis verlaten. Ik ben overtuigd christen geworden, ik kan en wil niet meer terug. God zal mij een plek geven waar ik kan wonen.”
Ondanks zijn vertrouwen op God is Kuku ook bang. “Ik had niet verwacht dat mijn familie zo zou reageren.” Op dit moment woont Kuku op een veilige plek. Het gaat goed met hem, hij vertrouwt in alles op God. “Het is moeilijk om door je familie verlaten te worden. Maar, God zal ook hen tot geloof brengen.”
