Op tafel staat een aquarium. Er ligt een baby in. Een pop. Uit haar neus komen stroomdraden. Op het hoofd een echt mondkapje. „Voor de zuurstof”, legt Naomi Blok uit. „Deze couveuse hebben we gemaakt om de werkelijkheid na te bootsen. Zo testen we of het kledingstuk wel makkelijk aan en uit te trekken is.”

Terwijl hun medeleerlingen uit klas 3 vwo zich over aardrijkskundeboeken buigen, zijn Naomi en haar plusklasgenoten in de weer met lappen stof, scharen en een naaimachine. De plusklas bestaat uit een groep meerbegaafde vwo-leerlingen die twee tot drie uur per week werken aan vakoverstijgende projecten. Naomi: „We doen drie projecten per jaar. Onze docent heeft ons gevraagd om te onderzoeken of het mogelijk is om kleding voor premature baby’s te ontwikkelen. We zijn nu in de ontwerpfase”, verklaart Jurjan van Gorsel de creatieve rommel in het klaslokaal.

Schokkend

De oom en tante van Jurjan kregen een paar jaar geleden een tweeling die te vroeg werd geboren. „Ik heb toen niet naar die kindjes gekeken. Veel te eng. Als ze kleertjes aan zouden hebben, durfde ik dat waarschijnlijk wel. Het is voor ouders en andere familieleden minder schokkend als prematuren kleren aan hebben.”

De plusklassers onderzochten de mogelijkheden om de speciale kleding te ontwerpen. Ze belden met ziekenhuizen en een kledingontwerper. „Prematuren zijn kwetsbaar. De stof moet dus heel zacht zijn. En wasbaar op een hoge temperatuur, voor de hygiëne”, vertelt Hannah Bezemer. Klasgenoot Norah Zoutewelle vult aan: „Het mag ook niet te strak zitten, vanwege de slangetjes. En de stof moet ademend zijn, zodat de warmte van de couveuse erdoor kan.”

Prematuren moeten non-stop geobserveerd kunnen worden, daarom liggen ze naakt in een couveuse. Is kleding dan wel handig? „Die observatie is nodig, omdat een baby’tje snel geel gaat zien, omdat de lever nog niet goed werkt. Maar wij hebben bij het uitkiezen van de stoffen gelet op de kleur. Felroze en donkerblauw contrasteren goed met geel. Dus daardoor kun je aan de onbedekte ledematen goed zien of het kindje verkleurt.”

Voorzichtig zet Naomi de schaar in een roze lap stof. „Het moet een soort overslagdoek worden. Bij het aantrekken hoef je het kindje alleen maar op de ene helft te leggen. De rest sla je eroverheen. En dan kan het vast worden gemaakt met zacht klittenband. Zo laat je de kwetsbare armpjes en beentjes met rust.”

Babyfitters

Behalve knippen en testen, moest het ontwerpteam ook een naam bedenken, een logo ontwikkelen en contact leggen met kopers. „De naam is Baby-fit. We noemen onszelf daarom de babyfitters”, lacht Norah.

Vooral het bellen met ziekenhuizen vonden de leerlingen spannend. „We willen hen laten meedenken, omdat zij verstand hebben van prematuren. En omdat zij het uiteindelijk moeten aanschaffen”, vertelt Corine Roeleveld. „Maar we werden meestal tien keer doorverbonden. En nummer elf zei: Stuur maar een mailtje. Dat was frustrerend. Maar ook leerzaam. We leerden hoe je met professionals moet omgaan. En dat je door fatsoenlijk te blijven het meeste bereikt.”

De leerlingen hopen dat ziekenhuizen of winkels hun ontwerp gaan gebruiken. Corine: „Ouders hebben het toch al zwaar rond een vroeggeboorte. Voor hen is het fijn als ze even aan iets anders kunnen denken tijdens het uitzoeken van kleertjes.”

>>baby-fit.jouwweb.nl

 


 

Feestje als prematuur kleren aan mag

Heleen Snel (44) is verpleegkundig specialist op de afdeling intensivecare-neonatologie in het Sophia kinderziekenhuis in Rotterdam.

Waarom hebben prematuren geen kleren aan?

„Dokters en verpleegkundigen moeten ze voortdurend kunnen observeren. Aan de borst en buik zie je of de ademhaling goed is en welke kleur het kindje heeft.

Daarnaast kunnen prematuren zichzelf vaak moeilijk op temperatuur houden. Ze koelen snel af. Daarom is het in de couveuse warm. Als je ze kleding aandoet, kan die warmte moeilijker bij het kindje komen. Of het krijgt het juist te heet.

Zien baby’s geel, dan moeten ze juist zo veel mogelijk blote huid hebben. Uv-licht dat op hun huid valt, breekt namelijk het stofje af dat voor die gele kleur zorgt.”

Kleding voor prematuren is dus een slecht idee?

„Zeker niet, want als prematuren eenmaal zover zijn dat ze iets aan mogen, dan zijn er vaak geen passende kleertjes. Dus het is goed als er kleding in kleine maten komt. Het is voor ouders altijd een feestje als een prematuur kind kleren aankan. Dat betekent dat het goed met hem of haar gaat.”

Heeft u nog tips voor de plusklas?

„Klittenband is niet zo handig. Je moet eraan trekken. En het maakt een hard geluid, daar kunnen prematuren niet goed tegen. Mijn advies: gebruik striklintjes."