Samen met vriend Allard Vlastuin (15) uit Dalfsen zoeft hij elke dag dwars door Zwolle en langs weilanden naar de Pieter Zandt scholengemeenschap in Kampen.
Toen Jacco twee jaar geleden naar de brugklas ging, mocht hij kiezen tussen de schoolbus of de elektrische fiets. Hij besloot te gaan fietsen.. „Als je met de schoolbus gaat, moet je soms een uur wachten voordat de bus vertrekt. En qua reistijd maakt het weinig uit, met de elektrische fiets ben je vijf minuten langer onderweg”, legt hij uit.
Een uur en een kwartier duurt de rit, maar dat vindt Jacco niet erg. Met Allard kan hij uren kletsen, over koetjes en kalfjes. Letterlijk, want de vrienden raken niet uitgepraat over alles wat met de boerderij te maken heeft. Onderweg bekijken ze wat boeren op het land hebben gedaan –„zó mooi als je al dat gras ziet”– en overleggen ze over de kalverkeuring waar ze volgende week aan meedoen.
Conditie
Jacco’s schoolgenoten trekken regelmatig hun wenkbrauwen op als ze zien dat hij een elektrische fiets heeft. „Ze denken dat zo’n fiets alleen iets voor oudere mensen is, en dat jongeren die er een hebben lui zijn”, zegt hij. „Onzin.”
"Elektrische fiets alleen voor oude mensen? Onzin!"
Regelmatig ziet hij mensen langsfietsen die de ondersteuning op standje maximaal hebben staan, maar dat doet hij nooit. Elke zaterdag houdt hij zijn conditie op peil door te trainen bij de jeugdbrandweer. Ook door de week werkt hij graag aan zijn conditie. „Ik fiets me dus wél in het zweet. Als mensen me zonder flink te trappen hard voorbij komen fietsen, denk ik: zet de ondersteuning wat lager en trap wat harder. Dan zijn lange afstanden goed te doen, maar word je niet lui.”
„Als mensen vinden dat ik voor gek rijd, denk ik: tja, en wat dan nog?”
In de twee jaar dat de derdeklasser naar school fietst, zag hij het aantal elektrische fietsen op school stijgen. In het fietsenhok schieten de oplaadpalen als paddenstoelen uit de grond. Steeds meer scholieren verschijnen op een tweewieler met accu. Jacco verwacht dat de elektrische fiets zijn suffe imago over een paar jaar helemaal kwijt is, ook omdat die er steeds hipper uitziet. Bijna als een gewone fiets, want de accu wordt steeds beter verstopt. Maar hoe zijn tweewieler eruitziet, maakt hem niets uit. „Als mensen vinden dat ik voor gek rijd, denk ik: tja, en wat dan nog?”
Opletten
Op een elektrische fiets moet je extra goed uitkijken, want je rijdt sneller dan gemiddeld. En als je valt, smak je dus harder tegen het asfalt. Vooral bij inhalen en afslaan moet je opletten, heeft Jacco gemerkt. „Ik zie weleens oudere mensen met een noodgang voorbijsjezen zonder hun hand uit te steken als ze afslaan – ze durven hun stuur niet los te laten. Dat is écht gevaarlijk.”
Als brugger zag Jacco dat zijn broer Richard (toen 14) –„op dierendag, dat weet ik nog”– werd aangereden op de fiets. Door een scooter die aan de verkeerde kant van de vluchtheuvel reed. Hij brak beide armen en had een zwaar gekneusde enkel. Jacco schrok ontzettend. „Richard werd een paar meter door de scooter meegesleurd. Toen ik hem onder zijn fiets zag liggen, dacht ik dat hij er niet meer was.” Nu, twee jaar later, is Richard weer helemaal hersteld.
„Richard werd een paar meter door de scooter meegesleurd. Toen ik hem onder zijn fiets zag liggen, dacht ik dat hij er niet meer was.”
Het ongeluk maakte diepe indruk op Jacco. „Telkens als ik langs de plaats van het ongeluk kwam, kreeg ik een naar gevoel. Dat is nu minder. Hoewel het ongeluk niet Richards schuld was, let ik sindsdien op de fiets veel beter op. Vooral op scooters.”
„Fietsen is goedkoop en gezond”
Met de elektrische fiets naar school gaan, heeft alleen maar voordelen, vind Allard Vlastuin (15) uit Dalfsen. „Voordat ik fietste, ging ik met de trein naar school. Dat is net zo snel als fietsen, maar dan ben je aan vertrektijden gebonden. En met de fiets naar school gaan, is veel goedkoper en gezonder.”
Het verschil met een gewone fiets? „Je kunt harder rijden en het zit lekker, want een elektrische fiets is meestal steviger en zwaarder.”
Dat een elektrische fiets alleen iets voor oude mensen is, vindt Allard onzin. „Ik hoor dat op school regelmatig, maar ik laat ze gewoon kletsen. Zelf fietsen ze niet elke dag 66 kilometer.”