Af en toe vliegt een helikopter van de Koninklijke Luchtmacht over de uitgestrekte vlakte. Op het geronk van de vliegmachines na is het rustig en stil op de hei. Ideale omstandigheden voor een wandeling en een diepgaand gesprek.
Winter in je hart; voor Geertruida is het een herkenbaar thema. „Er zijn momenten dat mijn geloof koud en kil voelt”, vertelt ze. „Dan zoek ik naar warmte, naar verbinding met God. Maar ik merk dat God mij altijd weer opzoekt. Dan word ik ineens geraakt door een lied of een preek. Dan besef ik dat ik naar Hem terug moet gaan en eerlijk moet zeggen: God, ik ben U inderdaad kwijt.”
Marcel: „Dus winter in je hart is voor jou eigenlijk iets goeds. Want het herinnert je eraan dat je terug moet gaan naar God?”
Geertruida: „Nou, het duurt meestal wel even voordat ik dat uiteindelijk doe. Ik moet echt een tijdje in die kou zitten voordat ik echt ga voelen: het lukt me niet meer. Dat is spannend, want dan weet ik dat ik naar God moet gaan. Ik voel me dan heel klein. Dan realiseer ik me: ik ben weer weggelopen, ik heb Hem echt nodig.”
Vertrouwen
„En stel nou dat een jongere tegen jou zegt: Ik voel mij koud en kil”, brengt Marcel in. „Vroeger voelde ik wel die warmte en liefde voor de Heere Jezus, maar nu ben ik het helemaal kwijt. Wat zou je tegen hem of haar zeggen?”
Even lopen de twee zwijgend over het zandpad. Dan zegt Geertruida: „Ik zou benoemen dat ik het herken. Maar ik zou vooral vertellen dat God Dezelfde blijft. Als jij het niet meer voelt, dan ben jij degene die veranderd is, want God verandert niet. Op Hem mag je vertrouwen. Dat is ook wat de Heidelbergse Catechismus zegt: het geloof is niet alleen een weten, maar een vast vertrouwen. Ook als ik het niet voel, mag ik weten dat God te vertrouwen is.”
Marcel: „En stel dat iemand zegt: „Bij mij is het koud. En dat komt doordat ik geen kind van God ben.”” „Dan zou ik wijzen op de noodzaak om nu direct Christus te zoeken”, reageert Geertruida. „God doet zo veel beloften in Zijn Woord, daar mag je op pleiten. Wat er ook in je leven is misgegaan en welke zonden je ook hebt gedaan. God is groot genoeg om daar doorheen te komen. Stel het niet uit. Ga direct op zoek naar Hem! Ik begrijp goed dat een jongere zich koud en kil voelt zonder Jezus. Je mist zoiets waardevols. Soms heb ik ook het gevoel dat ik er alleen voor sta. Als ik dan mijn nood bij God breng, geeft dat zo’n verlichting. Dan krijg ik weer energie om om te zien naar de mensen om mij heen. Je hoeft niet te vertrouwen op mensen hier op aarde, die maken er ook een potje van. Er staat Iemand boven, Hij heeft wel de touwtjes in handen.”