Ook als je niet op een hark bent gestapt, is het goed om vaak in de spiegel te kijken naar je voorhoofd. Wat is daarmee gebeurd? De almachtige drie-enige God, Die zo heilig en ontzagwekkend is, heeft Zijn Naam aan jouw naam verbonden, toen een predikant je voorhoofd besprenkelde met water. Moet je eens indenken, toen je nog van niets wist, zei God: jij behoort Mij toe.

Als je goed naar de doopformulieren kijkt, zie je dat de drieslag uit de Catechismus, ellende-verlossing-dankbaarheid, erin terugkomt. Wij zijn zondaren en we kunnen alleen steunen op de genadige God, Die belooft in Christus door de Heilige Geest onze God te zijn.

En wat nu als je je zonde zo voelt? De Heilige Doop leert ons dat we dan niet aan Gods genade moeten twijfelen en ook niet de zonde aan de hand moeten houden, omdat we een eeuwig genadeverbond met God hebben.

Overigens, de duivel kan je ook behoorlijk dwarszitten en je steeds confronteren met je zondigheid. Denk dan aan wat Luther zei als de duivel hem dwarszat: ik ben gedoopt!

Tot slot, het is nooit verkeerd om je verder te verdiepen in wat Johannes Calvijn schrijft over de Heilige Doop (Institutie / boek ds. G. Kater). Calvijn start hoofdstuk 15 (boek 4) verrassend met: ‘De doop is het inwijdingsteken waardoor wij in gemeenschap van de kerk opgenomen worden, zodat wij door onze inlijving in Christus als Gods kinderen aangemerkt worden.

Als je ’s morgens voor de spiegel staat, kijk dan nog eens naar je voorhoofd.