Op de foto: Nathan Roos, Mirjam Beumer en Tim Wilsing bezochten de Tyne Cot Cemetery in België.


 

Geschiedenisdocenten van de school behandelen de Eerste Wereldoorlog normaalgesproken alleen in de lessen, maar dit jaar werden er twee hele projectdagen voor ingeroosterd. „Ook al streed ons neutrale land niet mee, we mogen deze oorlog, waarin bijna tien miljoen militairen sneuvelden, niet vergeten.”

Tijdens de eerste dag van het project Oorlog en Vrede kregen de Fruytierleerlingen verschillende presentaties en volgden ze workshops rond het thema. Speciale aandacht is er voor het Belgische Westfront. Bij de dagopening werd stilgestaan bij de oproep tot het vervullen van de dienstplicht in de geestelijke strijd op eeuwig leven en dood, naar aanleiding van de wapenrusting in Efeze 6.

Gifgas

Vervolgens maakten de leerlingen posters waarop gebeurtenissen uit de vier oorlogsjaren (1914-1918) te zien zijn. Ze lazen daarnaast Engelse oorlogspoëzie en brieven die soldaten in de loopgraven geschreven hebben. Ook kwam de werking en de actualiteit van gifgas aan de orde. Al met al een leerzame, maar ook zware dag met soms schokkende beelden van deze verschrikkelijke oorlog. De Apeldoornse jongelui werden even stilgezet bij het feit dat zij in vrede en veiligheid mogen leven.

Het project kreeg op de tweede dag een praktisch vervolg. Ruim tachtig derdeklassers bezochten Flanders Field, de slagvelden van West-Vlaanderen in België. Met eigen ogen zagen ze het trieste resultaat van de oorlog op de bekende begraafplaats Tyne Cot Cemetery waar zo’n 12.000 Britse soldaten liggen begraven. Velen van de begraven strijders zijn onbekend en zonder naam, maar ”Known unto God”.

Kinderen

Anna Wilbrink uit 3 vwo: „Bijzonder dat er zo veel mensen begraven liggen die maar iets ouder waren dan wij nu zijn. Eigenlijk waren het nog maar kinderen.” Bijna 50 procent van de Britse verliezen vond plaats in de leeftijdsgroep van 16 tot en met 24 jaar.

In het nabijgelegen Passchendaele-museum kon de groep onder andere ervaren hoe het leven in de loopgraven en in zogenoemde dug-outs (ondergrondse schuilplaatsen) was. Corina van Schaar uit 3 vwo vindt het „best heftig als je beseft dat soldaten daar dag en nacht in kleine ruimten hebben geleefd.”

In de stad Ieper, die in 1915 totaal werd verwoest en daarna geheel in oude stijl werd herbouwd, maakten de scholieren een stadswandeling onder leiding van deskundige gidsen.

Last Post-ceremonie

De dag werd afgesloten met het bijwonen van de Last Post-ceremonie om 8.00 uur ’s avonds, onder de Menenpoort in Ieper. Sinds 1928 vindt worden daar elke dag de Britse gesneuvelden herdacht. „Heel bijzonder”, vindt Anne-Ruth Dijkshoorn uit 3 vwo. „We will remember them.” Aan de binnenkant van de Menenpoort staan de namen van bijna 55.000 vermiste Britse militairen gebeiteld.

Vol indrukken keerden de Fruytierscholieren en hun docenten huiswaarts. Wat de havisten Gerjan Dekker, Ruben Minnema en vwo’er Jan van den Hoorn vooral bijblijft van deze dag: de aanblik van zo veel graven bij elkaar en de indrukkwekkende herdenking met het leggen van kransen en de muziek van de klaroen- en doedelzakspelers.

Gedicht

Rebecca Exalto en Tabitha Wisse (3 havo) schreven naar aanleiding van het project het volgende gedicht:

Oorlog

Duizenden mensen

Voor vaderland gestorven

Ieder zijn eigen verhaal

Onbeschrijfelijk

 

Loopgraven

Altijd onzeker

Overvliegende granaten

Kameraden die worden geraakt

Afschuwelijk

 

Ieper

Grote puinhoop

Duizenden onschuldigen gedood

Getekend door de oorlog

Verwoestend