Dat schrijft de Volkskrant.

Sprekers van het Nederlands kampen dagelijks met veel meer omwegen en ‘lege elementen’ dan sprekers van onder meer Bantawa, het Egyptisch-Arabisch of het Khwarshi. Leufkens heeft in totaal 22 talen geturfd op het voorkomen van niet-noodzakelijke grammaticale elementen en regels.
Eigenaardig is onder meer het onderscheid tussen ’de’ en ’het’, een fenomeen dat in het Engels bijvoorbeeld niet bestaat. Het woordje ’er’ is volgens de onderzoeker nergens voor nodig. Net als bijvoorbeeld het woordje ’het’ in de zin ‘Het sneeuwt’, die net zo goed kan worden vervangen door ‘Sneeuw valt’.