Op een groot scherm voor in de zaal kun je de woorden binnen zien komen die de jongeren op hun mobiele telefoons versturen. Henco van Ee, jongerenwerker bij de HHJO, reageert: „De reis die wij maken, kun je vergelijken met een touw.” Hij houdt een touw omhoog dat hij aan het beginnetje omwikkeld heeft met zwart tape. „Eigenlijk is het stukje van ons leven te vergelijken met het zwarte tape aan het begin. Dit touw heeft een einde, maar eigenlijk zou het, om de vergelijking goed door te kunnen trekken, oneindig moeten zijn. We zijn vaak gericht op het korte, zwarte stukje: ons leven.”
De Opheusdense predikant ds. R. van de Kamp wil de jongeren in zijn toespraak handvatten geven om dit leven te duiden. Daarbij maakt hij gebruik van drie i’s: individualisering, informatisering en identificering. „Bij individualisering moet je denken aan wat onze premier, Mark Rutte, ons ”dikke ik” noemt. Dat we onszelf in het middelpunt zetten.”
Individualisering is on-Bijbels, toont ds. Van de Kamp met verschillende voorbeelden aan. „God richt Zich in het Oude Testament via Abraham op de redding van een heel volk. In het Nieuwe Testament zien we hoe belangrijk het gezin, het huis, is. De brieven van de apostelen zijn vaak gericht aan gemeenten, of aan het hoofd van een gemeente dat dan weer dingen moet doorgeven aan de gemeente.”
De predikant waarschuwt voor het welvaartsevangelie. „In dat ‘evangelie’ zijn er drie stukken nodig om te weten: hoe ik mijn hart opengesteld heb voor God, dat ik een kind van God ben en dat ik nu heilig moet leven. In het werkelijke Evangelie moet ons vlees gekruisigd worden, en alleen in die weg mogen we staan in de vrijheid waarin Christus ons vrijgesteld heeft.”
Identiteit
In de zoektocht naar een eigen identiteit wijst ds. Van de Kamp de jongeren de weg naar de Heere. „Wie bepaalt wie we zijn? In onze tijd kun je alles kiezen, tot aan je geslacht toe. Doordat er van allerlei kanten aan ons getrokken wordt, verliezen wij onze identiteit. Maar de Heere zegt ons wie we echt zijn: zondaren die het van genade moeten hebben.”
Wanneer ds. Van de Kamp al de moeiten van deze tijd opsomt, vraagt hij zich af waar hij moet beginnen en waar hij moet eindigen. „Misschien vraag jij je ook af: Hoe kan ik het reisdoel halen in deze tijd? Als het in eigen kracht moet, is het onmogelijk. Maar het hoeft niet in eigen kracht. De strijd is overwonnen op Golgotha. Daar heeft Christus getriomfeerd. En door het geloof in Hem zijn wij meer dan overwinnaars.”
Prins Immanuel roept, nodigt en staat met uitgebreide armen, zo houdt de predikant de jongeren voor. „Wend je tot Hem. Hij ziet niets liever dan zondaren die tot Hem de toevlucht nemen. Hij ziet niets liever dan mensen die het niet meer weten – die wil Hij genade schenken. Wij redden het niet. Maar Christus heeft het gered en daarom is er redding.”