Over welke dingen gaat het dan? Over dingen waar ik helemaal geen zin in heb. Laten we maar kijken in welk verband deze woorden staan.

In vers 18 roept hij de christenen op, als zij slaven zijn in het huis van een harde heer, om hen met alle respect onderdanig te zijn. Ja, niet alleen de slavenhouders die goed en welwillend zijn, maar ook die hard, nors, oneerlijk zijn.

Ja, maar… Nee, nu niet tegensputteren, zegt Petrus in het volgende vers als het ware, want het is juist genade, als iemand om het geweten voor God zwarigheid verdraagt en ten onrechte lijdt.

Hij noemt dit genade. Moeilijk woord, in dit verband, vind je niet. Wij denken bij het woord genade eerder aan iets moois en heerlijks: vergeving, zalig worden, of zo. Of niet? Maar onrecht ervaren, hardvochtig behandeld worden… Heet dat ook genade? Volgens Petrus wel.

Hij legt het in vers 20 verder uit. Denk eens na: wat voor lof is het, als u het verdraagt, geslagen te worden omdat u iets slechts doet? Pijn lijden als gevolg van je zonden is verdiend. Dat is geen genadegeschenk van God. Maar een oneerlijke behandeling verdragen, terwijl je goed doet, dat is genade bij God.

Paulus denkt er trouwens net zo over, zoals je kunt lezen in Filippenzen 1 vers 29: aan u is het uit genade gegeven niet alleen in Christus te geloven, maar ook voor Hem te lijden.

Lijden voor Christus is genade.

Toen Petrus voor het sanhedrin werd gegeseld was hij verblijd, dat hij waardig was geacht, om smaadheid te lijden om de Naam van Christus (Handelingen 5 vers 41).

Nu schrijft hij in vers 21: “Hiertoe bent u geroepen.” God roept ons om geduldig te lijden, omdat ook Christus voor ons geleden heeft. Dit lijden is ons voorbeeld “opdat u Zijn voetstappen zou navolgen.”

Hoe moet je dit doen? In vers 23 lezen we dat Jezus gescholden werd, en niet terugschold; dat Hij leed, en niet dreigde.

En wij?

Petrus vervolgt: Jezus gaf het over aan Zijn Vader, Die rechtvaardig oordeelt.

En wij?

Dit is Christus navolgen!

Al is dit niet het enige, laten we hier maar eens mee beginnen.