Coca-Cola is een van de bekendste merken ter wereld. Maar wie weet dat de drank materiaal bevat van varkens en daarom ongeschikt is voor moslims? Al even onbekend is dat Coca-Cola in feite een Joods bedrijf is. Alhoewel: dat levert een probleem op met de bewering over varkens. Joden houden zich immers, net als moslims, afzijdig van deze dieren. O ja, en het logo van Coca-Cola in het Arabisch bevat een slogan. Als je het omdraait en achterstevoren leest, staat er: ”Geen Mohammed, geen Mekka”.

Voor alle duidelijkheid: de drie beweringen over Coca-Cola zijn allemaal aantoonbaar onjuist. Maar dat betekent niet dat er geen geloof aan wordt gehecht – integendeel. Al decennialang, en in toenemende mate, is de Arabische wereld in de greep van samenzweringstheorieën.

Complot 1: Israël zit achter het succes van IS

„ISIS heeft niets met islam te maken. Is vooropgezet plan van zionisten die bewust islam willen zwartmaken.” Dit twitterde Yasmina Haifi, projectleider bij het Nationaal Cyber Security Centrum in Den Haag en expert op het gebied van integratie. Deze tweet, in de zomer van 2014, leverde haar een (volgens de rechter onterecht) voorwaardelijk ontslag op. Ze verwijderde haar tweet, maar nam haar woorden niet terug. „Dit is wat ik vind”, zei ze er later over.

Daarin staat ze niet alleen. De overtuiging dat IS een zionistisch/Israëlisch complot is om de Arabische wereld in chaos te storten, is wijdverbreid. Of, in de woorden van Haifi op Facebook: „Dit is geen complotdenken, maar een kritische kijk hebben op geopolitieke verhoudingen en gebeurtenissen.”

Naast Israël hebben overigens ook de Verenigde Staten en, meer specifiek, oud-presidentskandidaat Hillary Clinton het verwijt gekregen dat ze Islamitische Staat in het zadel hebben geholpen.

Complot 2: de VS organiseerden ”9/11” zelf

Hij was woest, de Amerikaan die op het moment Arabisch leert in een van de landen op het Arabisch schiereiland. Vorige maand kwam tijdens de taalles ter sprake hoe op 11 september 2001 negentien kapers, vooral uit Saudi-Arabië, zich in onder meer de torens van het World Trade Center in New York boorden. Zijn docent had geopperd dat de Verenigde Staten hier wellicht zélf de hand in hadden. „Dit is ons nationaal trauma, nog altijd”, zei de Amerikaan. „Dan moet je het niet wagen om daarover, recht in mijn gezicht, leugens te vertellen.”

Toch vertelde de docent in kwestie niets nieuws. Het idee dat de VS zelf de aanslagen organiseerden zodat ze vervolgens de vrije hand zouden hebben om in het Midden-Oosten verwoestingen aan te richten en zichzelf te verrijken, is in de Arabische wereld wijdverbreid.

Het gerenommeerde Amerikaanse onderzoeksbureau Pew deed verschillende keren onderzoek naar de kwestie. Wat blijkt? Steeds minder mensen in islamitische landen geloven dat Arabieren achter de aanslag zaten. Neem Turkije: in 2006 geloofde ‘nog’ 16 procent van de bevolking dat Arabieren verantwoordelijk waren, vijf jaar later was dat percentage gedaald tot niet meer dan 9.

Hoe komt het dat de Arabische wereld zo is „vergeven van de samenzweringstheorieën”, zoals de Arabische denker Azeem Ibrahim dat uitdrukt? Grofweg zijn er drie verschillende verklaringen te geven.

1. De islam uit de wind houden

Publicist Raza Habib Raja uit de Verenigde Staten, zelf geboren en opgegroeid als moslim in een islamitisch land, windt er geen doekjes om. „Complottheorieën zijn aantrekkelijk voor onze fundamentele en diep gekoesterde overtuiging dat een moslim nooit iets zou doen wat de islam een slechte naam zou bezorgen”, schreef hij onlangs in The Huffington Post. Moslims worden, volgens hem, opgevoed met het idee dat ze deugdzamer zijn dan anderen en zich daarom nooit kunnen inlaten „met zoiets duisters als terrorisme.”

Dit is „het centrale probleem van onze mentaliteit”, zegt Raza Habib Raja. Het kan de islam niet zijn die voor de problemen zorgt, dat staat bij voorbaat vast. Dus moeten anderen het wel zijn.

2. Wegkijken van eigen schuld

Hoe komt het dat islamitische landen minder welvarend zijn dan de meeste westerse landen? Voor meer dan de helft van de inwoners van islamitische landen is dat geen vraag. Het komt door de politiek van de Verenigde Staten en de rest van het Westen. Ze zijn ervan overtuigd dat de eigen omgeving minder of geen blaam treft – een houding die wijdverbreid is in het Midden-Oosten.

Niet alleen westerse commentatoren, maar ook Arabische analisten leggen daar de vinger bij. „Het grootste probleem van samenzweringstheorieën is niet dat ze ons weghouden van de waarheid, maar dat ze voorkomen dat we onze eigen fouten en problemen onder ogen zien”, analyseerde Abd Al-Munim Said, hoofd van het onderzoekscentrum Al-Ahram in Egypte. „Elk probleem wordt in deze manier van denken aan externe elementen gekoppeld, en leidt dus niet tot een verstandig beleid om het probleem aan te pakken.”

De haaien voor de kust van Egypte vormen daarbij de perfecte illustratie. Inderdaad, in 2010 waren er plotseling haaien bij de populaire badplaats Sharm al-Sheikh. Inderdaad, zij doodden een toerist en verwondden anderen ernstig. Inderdaad, dit bracht het Egyptisch toerisme schade toe – voor zover er überhaupt nog veel toeristen naar Egypte gaan.

Echter, de meest waarschijnlijke verklaring, die naderhand ook werd aanvaard door diverse Egyptische leiders, is niet ”Israël”. Het is het islamitische Offerfeest. Tijdens dat feest worden jaarlijks miljoenen dieren geslacht. Een groot aantal karkassen van schapen zou in 2010 zijn gedumpt in de Rode Zee. Het meest waarschijnlijk is dat uitgerekend dit slachtafval van moslims de haaien naar de kust heeft gelokt.

3. Bescherming zoeken bij een theorie

Wie is de oorzaak voor de problemen in het Midden-Oosten? Wie is de schuld van mijn miserabele situatie? Het is een vraag die reëel is voor miljoenen mensen in Irak, Syrië, Jemen, Afghanistan en in andere islamitische landen. Als ik zelf de schuldige ben, wat kan ik dan doen om het te veranderen?

Voor veel mensen is het antwoord op die vraag: niets. Ze hebben geen enkele keuze, omdat ze geen enkele macht bezitten. De miljoenen naamlozen in de islamitische wereld kunnen alleen maar ondergaan wat er gebeurt. Zelfs na de in eerste instantie zo veelbelovende opstanden in de Arabische wereld is er nauwelijks iets veranderd in hun situatie. Sterker: áls er al iets veranderd is, is het veelal negatief.

Als dan ook de pers nog aan banden wordt gelegd –wat in vrijwel elk Arabisch land het geval is– blijven er weinig instanties over die zonder last of ruggespraak vertellen wat er aan de hand is. In zo’n situatie zijn mensen extra vatbaar voor complottheorieën, stelt journalist en opiniemaker Roger Cohen van de New York Times. „Als je je eigen leven niet kunt veranderen, moeten het wel grotere krachten zijn die de wereld controleren. Waar we hier mee te maken hebben, is de troosteloze oogst van geesten die gevangen worden gehouden. Deze geesten wenden zich tot samenzweringstheorieën omdat die de laatste toevlucht zijn voor de machteloze.”

Belachelijk maken

Hoe hierop te reageren? Een van de meest vooraanstaande deskundigen van Arabische complottheorieën Matthew Gray, waarschuwt ervoor om het denken van de Arabische bevolking belachelijk te maken. Hij betoogt dat complotdenken in feite een vrij logische manier is om te reageren op wat er in de Arabische regio gebeurt. Er is immers wel degelijk sprake van Westers ingrijpen in het Midden-Oosten dat voeding geeft aan samenzweringstheorieën.

Het denken in complotten komt niet uit de lucht vallen, stelt Gray. Een bekend voorbeeld is de oorlog in Irak. Oud-president Bush begon die in 2003 onder het mom dat de Iraakse president Saddam Hussein massavernietigingswapens bezat. Ze werden nooit gevonden. 

Bovendien is het Westen zelf evenmin vrij van complottheorieën, alleen gaan die vaak juist over moslims in relatie tot terrorisme. Of, zoals iemand opmerkt naar aanleiding van Grays boek: „Wij, als menselijke wezens, willen niet geloven dat we leven in een wereld vol chaos.” Zolang deze in de Arabische wereld blijft bestaan, zullen complotdenkers een gretig gehoor vinden. Hun theorieën maken de chaos weliswaar niet kleiner, maar wel makkelijker te aanvaarden.