David heeft de spierziekte SMA (spinale musculaire atrofie). Door die ziekte gaan de zenuwcellen in zijn ruggenmerg langzaam dood. Zijn spieren krijgen te weinig voeding, waardoor ze geleidelijk sterven. Gelukkig heeft de ziekte geen invloed op zijn hart en longen.

David heeft twee broers en drie zussen, en allemaal hebben ze SMA. „Het is erfelijk”, legt David uit. „In theorie is de kans 25 procent dat het wordt doorgegeven. Dus het is wel heel apart dat we het allemaal hebben. Het mooie is dat de generatie daarna er geen last meer van heeft, dus ook niet mijn eventuele kinderen. Ik heb al acht gezonde neefjes en nichtjes.”

Door zijn spierziekte heeft David nooit op een sport gezeten en nooit een bijbaantje gehad. „Dat ging gewoon niet. Eén keer ben ik naar volleybaltraining gegaan. Ik wilde niet anders zijn dan anderen. Maandagavond hadden we training. Na de training was ik kapot. De zondag erna had ik nog steeds spierpijn. Ik besefte: dit gaat echt niet.”

Toch is het wel gelukt om naar school te gaan en een studie te volgen. David studeerde biologisch en medisch laboratoriumonderzoek in Breda. Maar voor werken is hij afgekeurd.

Vertrouwen
Uit het geloof put David veel kracht: „God is sterk in onze zwakheid, dat ervaar ik steeds weer. Gek genoeg heb ik nooit aan Hem getwijfeld. Hoe dat komt? Misschien doordat mijn ouders het geloof zo duidelijk voorleven, ook door diepe dalen heen.

Ze hebben hun oudste kind verloren, Lydia. Ik heb haar nooit gekend. Op haar vijfde is ze in de werkplaats van mijn vader van een trap gevallen, met haar hoofd op een betonnen vloer. Drie dagen lag ze hersendood in het ziekenhuis. Daarna overleed ze.

Het was voor mijn ouders een ontzettend moeilijke tijd. Tegelijk hebben ze heel sterk Gods troost ervaren. Het heeft hen uiteindelijk dichterbij God en bij elkaar gebracht. Dat is echt een wonder. Bij veel ouders die een kind verliezen zie je dat ze gaan scheiden. Bij mijn ouders proef ik juist veel liefde en een diep Godsvertrouwen.”

Pijn
David heeft het niet makkelijk gehad in zijn leven. „Er zijn periodes dat ik mij heel zwak voel, soms bijna depressief. Naast mijn ziekte heb ik last van stotteren. Er zijn zo veel situaties die ik uit de weg ben gegaan vanwege dat stotteren. Dat heeft ontzettend pijn gedaan, en dat doet het nog steeds. En toch: God maakt het draaglijk. En gelukkig kan ik zingen. Dan heb ik totaal geen last van het stotteren. Soms voel ik me als een vogel in een kooitje, maar als ik zing voel ik me helemaal vrij. Ik zit op twee koren en waarschijnlijk ga ik nog bij een derde koor.”

Een tijdje is het stotteren weg geweest. „Een halfjaar geleden heeft een vrouw voor mij gebeden dat het stotteren mocht verdwijnen. En daarna was het ook weg. Alleen heel af en toe bleef ik nog haperen. Ik heb allerlei therapieën gehad tegen stotteren, maar niets hielp, en ineens dit wonder. Maar na een paar maanden kwam het stotteren weer langzaam terug.

Ik zie het nog steeds als een wonder dat het stotteren weg was, ik kan het niet anders verklaren. Waarom het terugkwam? Die vraag heb ik natuurlijk ook. Maar ik heb geleerd om niet in die waaromvragen te blijven hangen. Je komt er gewoon niet verder mee. God geeft geen antwoord op al onze vragen, maar Hij wil ons wel elke dag de kracht geven om moeilijkheden te dragen. En Hij ziet het grote geheel, wij zien maar een heel klein stukje.”

David heeft moeten leren zich niet te laten kwetsen door hoe de maatschappij denkt over een geslaagd leven. „De belangrijkste les over omgaan met ziekte? Probeer jezelf absoluut niet weg te cijferen. De maatschappij wil je laten geloven dat je zwak en nutteloos bent. Soms merk ik bij mezelf ook dat ik die leugens geloof. Dan probeer ik me zo snel mogelijk te vullen met Gods waarheid. Zoals in Psalm 37 staat: „Verlustig u in den HEERE, zo zal Hij u geven de begeerten uws harten. Wentel uw weg op den HEERE, en vertrouw op Hem; Hij zal het maken."

„Weet je, de waarde van een voorwerp wordt bepaald door de prijs die je bereid bent ervoor te betalen. In Mattheüs 13 staat de gelijkenis van de handelaar die alles verkoopt om één parel te kopen. In die gelijkenis ben jij de parel. En Hij heeft alles betaald om jou te kopen en te verlossen. Niet met zilver of goud, maar met zijn eigen Zoon, het kostbaar bloed van Christus.”