Elke kampdag begon met Bijbelstudie. Na een moment van stille tijd en een inleiding gingen de jongeren in vaste groepjes uiteen. Zo leerden ze elkaar goed kennen en kregen ze een inkijkje in elkaars leven. „We vertelden elkaar Wie God voor ons persoonlijk is”, zegt Marilyn.
De diversiteit aan godsdiensten binnen de Bijbelstudiegroepjes was groot; moslims, (orthodoxe-) christenen en niet-gelovigen. Aan het eind van een van de Bijbelstudies ging het gesprek over bidden tot God. Anne Myrthe: „Ik had een gesprek met een moslim. Hij vertelde dat, als hij zelf geen moeite deed voor zijn geloof, hij niet zomaar kon bidden. Ik heb toen uitgelegd dat het voor mij niet uitmaakt wanneer we tot God bidden. Hij is er altijd, Hij is erbij in elke situatie.”
Ervoer je verschillen tussen jouw geloofsovertuiging en die van andere deelnemers?
Anne Myrthe: „Op sommige punten, zoals wie de Heere Jezus is en wat genade betekent, wordt anders gedacht. Het is mijn gebed dat alle deelnemers de Heere Jezus als hun persoonlijke Zaligmaker mogen leren kennen.
We kunnen open en ontspannen met elkaar praten. Zo leren we van elkaar. Ik leerde bijvoorbeeld van moslims dat het belangrijk is om je geloofsovertuiging overeen te laten komen met je levensstijl. Ik denk dat we als christenen dat besef meer zouden kunnen hebben. Tegelijk probeer ik moslims mee te geven wat genade en vergeving betekent.”
Wat deed de deelname aan zo’n kamp met je?
Marilyn: „Het thema dit jaar was ”Hij is erbij.” Dit sloot aan op de periode waar ik nu persoonlijk doorheen ga in mijn leven. Ik heb gemerkt dat God de kampweek wil zegenen voor de jongeren en mezelf. Dat bemoedigt mij. Niet alleen op geloofsgebied leer ik veel, maar ook leer ik steeds meer de andere culturen kennen waardoor ik de jongeren meer ga begrijpen.”
Anne Myrthe: „Ik heb het kamp als verrijkend ervaren. Doordat ik veel met de Bijbel bezig ben en met anderen in gesprek ben over God, leer ik meer over Hem. Ook verwonder ik me tijdens zo’n week over Gods schepping; Hij heeft al deze mensen geschapen en brengt ze bij elkaar rond het Woord.”
Welke ontmoeting maakte de meeste indruk op je?
Marilyn: „Ik ontmoette een jongen die gevlucht is uit Iran. In Nederland is hij christen geworden. Hij heeft nog geen verblijfsvergunning. Als hij terug moet, is hij zijn leven niet zeker. Ik vind het indrukwekkend om te merken hoeveel hij opgeeft om de Heere Jezus te volgen. Zijn familie wil bijvoorbeeld niets meer met hem te maken hebben. Aan het eind van het kamp kreeg iedereen een kaart, waarop de deelnemers elkaar iets konden meegeven. Ik kreeg van deze jongen een bemoediging mee. Het was bijzonder om juist door hem bemoedigd te worden.”