Vlaanderen bestempelde het zogenoemde frietkot begin dit jaar al tot regionaal cultureel erfgoed. De Franstalige en Duitstalige gemeenschappen zijn nu gevolgd, meldden Belgische media woensdag. Een officiële erkenning kan producten en sectoren veel geld opleveren, tot ruim een derde meer.
Volgens de Belgische frituristen (frietbakkers) is de frituur als unieke culturele rijkdom „één van de weinige zaken waar iedereen in België het over eens is: zonder kunnen we niet leven. Frietjes halen bij het frietkot is een levende traditie die nostalgie, genot en geborgenheid oproept.”