De onderzoekers bestudeerden het gedrag van de apen in dierentuinen in Duitsland en de Verenigde Staten. Ze lokten het gebruik van gereedschap bij de bonobo's uit door bijvoorbeeld voedsel onder een rotsblok te leggen of te begraven onder een houten constructie. Vervolgens legden ze takken en stenen in de kooien van de apen, zodat ze deze voorwerpen als gereedschap konden gebruiken.
De meeste apen kwamen op het idee om met de stokken in de grond te graven op zoek naar eten. Daarnaast gebruikten ze de stokken als hefboom en de stenen als hamers. Hoofdonderzoekster Roffman kreeg een speer naar zich geworpen toen ze in het hok kwam. Een aap had met zijn tanden een punt aan een stok gemaakt en probeerde daarmee zijn leefgebied te beschermen tegen indringers.
Om vast te stellen of in het wild levende Bonobo's ook zo handig zijn, is onderzoek in het wild nodig. En dat is lastig doordat de apensoort in ondoordringbare gebieden en in onveilige landen zoals Congo leeft.
Het hele verhaal van de onderzoekers van de Universiteit van Haifa in Israël staat in het wetenschappelijk tijdschrift American Journal of Physical Anthropology.