Als ouderling Bos hem toch aanmoedigt om al die dingen ook eerlijk tegen de Heere te zeggen, beseft hij des te meer wie hij voor de Heere is. Dan is het alsof hij in een spiegel kijkt en zijn spiegelbeeld hem vertelt: „Je bent het niet waard dat de Heere je hoort.”
Ondanks dat weet hij dat er maar één plekje is waar hij zich veilig voelt: In stilte, voor Hem. Ds. Koelman schrijft: „De christen is het meest geschikt om barmhartigheid te verkrijgen als hij in de beoefening is van de diepste ootmoedigheid.” Moeilijke woorden, denk je wellicht. Wat betekent dat eigenlijk?
In de stilte van je kamer, buig je als een klein mensje de knieën. Je spreekt met de allerhoogste God in de hemel. Je bent diep doordrongen van Zijn heiligheid. Je plaatst dat tegenover je eigen onreinheid. En juist dát maakt je zo ontzettend klein voor Hem. Als je van de Heere een nieuw hart krijgt, maakt Hij je ootmoedig. Hij maakt je klein en nietig. Ken je dat?
Als je zo ootmoedig geworden bent, maakt dat je geschikt voor Zijn genade en vrede. Ik ben onwaardig om genade te krijgen, maar Hij deelt het uit. Aan goede mensen? Nee, zeker niet. Aan onwaardige, onreine zondaren. Ben jij zo’n jongen of meisje?
Onwaardige houding
Kan ik die onwaardige houding ook in de Bijbel vinden? Zeker, denk maar aan Job. Die zegt: „Met het gehoor des oors heb ik U gehoord; maar nu ziet U mijn oog. Dáárom verfoei ik mij, en ik heb berouw in stof en as” (Job 42:5, 6).
En wat dacht je van Jesaja? Hij zegt: „Wee mij, want ik verga! Dewijl ik een man van onreine lippen ben, en ik woon in het midden eens volks, dat onrein van lippen is; want mijn ogen hebben den Koning, den Heere der heirscharen gezien” (Jes. 6:5).
Wat kan ik daarvan leren? Ds. Koelman zegt: „Wij zijn in de beste toestand om de uitnemendste tekenen van de goddelijke gunst te ontvangen, als we in onze eigen ogen het allerlaagste zijn.”
Begrijp je wat hij bedoelt? Laat ik het maar zo zeggen: Wil je genade ontvangen? Zorg dan dat je de alleronwaardigste zondaar wordt. Dat kun je niet uit jezelf. Zoek daarom je binnenkamer op. Buig je knieën en bid: „Heere, maak mij dat wat ik niet ben, en geef mij wat ik niet verdien. Om Jezus’ wil, amen.”