Bijbellezen. Dat probeer ik elke morgen te doen, hoofdstuk voor hoofdstuk. Om zo de hele Bijbel van voor naar achter door te nemen. Mooi natuurlijk, maar het valt echt niet altijd mee. Sommige gedeelten zijn zó taai. Bijvoorbeeld hoe de tempel is gebouwd, of die welbekende geslachtsregisters. Sorry, maar daar steek ik echt niets van op. Maar laat ik eerlijk zijn: dat ligt echt niet altijd aan de moeilijkheid van het gedeelte dat ik lees. Vaak komt het doordat ik haast heb of omdat een Bijbelboek me totaal niet boeit.
Wéér een morgen waarin er niets naar me toe kwam
„Doorzetten, kom op, doorzetten”, zeg ik tegen mezelf. Als het dan toch niet lukt, kan ik daar enorm van balen. Vanmorgen ook weer. Gefrustreerd leg ik mijn Bijbel weg. Pff, wéér geen tekst die me opvalt of aanspreekt. Wéér een morgen waarin er niets naar me toe kwam. God heeft mij toch élke dag iets te zeggen? Althans, dat hoor ik in de kerk. Maar als het Bijbellezen niet lukt? Is God dan opeens een Ander?
Na het avondeten lees ik sinds kort drie bladzijden uit een zogenoemd goed boek. Ik vind dat nodig voor mezelf, om me te dwingen bezig te zijn met de echt belangrijke dingen van het leven. Want één ding weet ik zeker: God bestaat. Dat heeft Hij een tijd geleden Zelf aan me laten zien. Soms, als het Bijbellezen niet gaat en het bidden alleen maar een gedachteloos praten is, kan ik me alleen nog daaraan vasthouden: God bestaat.
Dat is genade, zeg je misschien. Dat is ook zo. Maar het frustreert me dat ik er op zo’n moeilijk moment helemaal niets mee kan. Me eraan vasthouden, ja, dat wel, maar of Hij op dit moment van me af weet? Ik weet het niet.
Er was, eindelijk, weer iets van verlangen
Alweer een dag voorbij. Een dag waarin ik opnieuw heb geprobeerd alles te doen wat ik me voornam: lezen uit mijn Bijbel, uit een dagboek, uit een goed boek. Maar toch was het anders vandaag. Er was, eindelijk, weer iets van verlangen in me. Een verlangen om God te leren kennen in Zijn Zoon Jezus. Een verlangen, dat ik ooit heb leren kennen tijdens een preek. Om alles aan Hem over te geven. Nu ik dit opschrijf, realiseer ik me opeens: als een onvervuld verlangen al zo goed kan zijn, hoe moet het dan zijn als God dit verlangen met Zichzelf gaat vervullen!
Toch maar doorlezen dus. Ja, als de hoop er maar is dat God Zich laat vinden, dán is het niet zo moeilijk om de Bijbel te lezen. Dán gaat het bijna vanzelf. Maar ja... een paar dagen later is de hoop weer verflauwd. God vinden? Ach, kon ik het maar geloven. De wekker gaat. Ik draai me nog een keer om.
Dit is een anoniem dagboek van een 18-jarige jongere die iets vertelt over Bijbellezen in zijn/haar leven. Meer lezen over Bijbellezen onder jongeren kan hier..